Draag tijdens de gehele handeling van het plaatsen en
aansluiten goede en geschikte handschoenen bij bijzondere
handelingen.
Zorg te allen tijde dat bij het spanningsvrij maken van de installatie dat het meetinstrument dat voor het
controleren hiervan meerdere malen wordt gecontroleerd of werking.
5. VERPLICHTE CONTROLES VOOR INGEBRUIKNAME
De volgende controles zijn verplicht voor de ingebruikname van de oplaadzuil. Gebruik de oplaadzuil
NOOIT als uit 1 of meerdere controles blijkt dat stroomtoevoer of stabiliteit van de oplaadzuil niet vol-
doet. Controleer de isolatie weerstand tussen de fasen onderling volgens NEN1010 bepaling 61.3.3.
Voer de onderstaande controles altijd uit voordat er spanning op de laadzuil Duo wordt gezet.
√ Alle onderstaande werkzaamheden dienen volledig conform NEN 3140 worden uitgevoerd.
√ Controleer bij de aansluitklemmen of de juiste volgorde van de aangesloten bekabeling is gehandhaafd.
√ Controleer bij de aansluitklemmen op de juiste aansluiting of deze goed zijn vast gedraaid 4 tot 5 Nm voor de
voedingskabels en 1 Nm voor de evt. besturingskabels. Alle andere aansluitingen in de laadzuil zijn reeds met de juiste Nm
in de fabriek gecontroleerd.
√ Controleer of de aardverbinding is gemonteerd op de gecodeerde aansluitklem en is verbonden met de aardpen of
aangeleverde aarding. Dit geheel moet voldoen aan de NEN1010/EU/35.
√ Controleer de stabiliteit van de geplaatste oplaadzuil. (als er gebruik wordt gemaakt van het Ecotap® fundatie systeem
moet er minimaal 20kg beton worden gebruikt).
√ Controleer of de afdichtingen van de laadzuil deksels goed zijn gemonteerd tijdens de montage, eventueel met
siliconenkit de transparante kunststofdeksels nabehandelen.
√ Controleer de handelingen die nog moeten worden gedaan, zodat deze veilig kunnen worden uitgevoerd.
√ Hou de omgeving van de werkplek vrij van obstakels.
√ Voordat er spanning op de laadzuil wordt gezet is het noodzakelijk om contact op te nemen met Ecotap® B.V. via telefoon
nummer 0031 (0) 411745020 zodat wij de laadzuil softwarematig kunnen activeren. Het unieke laadzuil nummer is hierbij
nodig. U kunt dit unieke nummer terugvinden in de binnenzijde in een van de zwarte klepjes.
6. GEBRUIK / INSTALLATIE HANDLEIDING
6.1 Montage op de fundatie
• De fundatie moet in een gat van 50x70 centimeter.
• De bodem dient stabiel en vlak te zijn gemaakt.
• Plaats de fundatie waterpas in het gat en controleer dit met een waterpas.
• Gebruik 1 zak (20Kg) SNELBETON voor de bodem van de fundatie.
• Plaats de oplaadzuil zonder de 2 gebogen stalen dekseldelen op de fundatie. Dit i.v.m. het totaalgewicht.
• Let op met tillen van de laadzuil, dit dient door minimaal 2 personen plaats te vinden
• Een kleine afwijking op de waterpas kan nog worden gecorrigeerd tijdens het verdichten van het gat. (Met de grond die
eerder is verwijderd).
• Door het losdraaien van 8 moeren aan de binnenzijde van de laadzuil kunnen de deksels worden verwijderd.
• Houd rekening met de aansluitkant van de oplaadzuil, i.v.m. bv. heg, muur enz.
• Monteer de deksels door middel van de bijgeleverde moeren.
•
Houd er ook rekening mee dat er voldoende ruimte om het laadstation beschikbaar moet zijn en er voldoende
bewegingsruimte is ten behoeve van de bediening van de laadpaal. Hiervoor adviseren wij ten minste 1 meter om het
laadstation vrij te houden.
5.
www.ecotap.nl
25-01-24