Wandmontage
Met naleving van de minimale afstand tot het kookveld,
de inbouwhoogte van de kap berekenen (Afb. 12).
Sleutelboringen "A" voor wandbevestiging tekenen,
boren, 2 plugs 8 mm (12) aanbrengen en 2 schroeven
4x45 mm (13) slechts zover indraaien tot de schroefkop-
pen nog ca. 10 mm uit de wand steken.
Het kap behuizing (4) met de sleutelgat-boringen "A" in
beide schroeven (13) hangen. Het kap behuizing hori-
zontaal uit-lijnen en de schroeven (13) aantrekken.
Luchtslang monteren
(alleen bij afvoerluchtbedrijf)
Voor de aansluiting van de wanddoorvoer een kunststof-
buis of een afvoerluchtslang Ø 150 mm (min. Ø 120 mm)
gebruiken (Niet meegeleverd).
Belangrijk: De afvoerluchtaansluiting moet voor de
bevestiging van de afzuigkap gemonteerd zijn!
De buis resp. slang op de vereiste lengte snijden. De
slang mag niet gebogen worden. Buis/Slang aan de ene
kant aan de aansluitbuis van de afzuigkap en aan de
andere kant aan de afvoerluchtaansluiting in de wand
verbinden.
Belangrijk: Wanneer de afvoerlucht naar een buiten-
wand gevoerd wordt, moet de luchtuitlaat van buiten met
een afdekking met zelf openende gleuf of een terugslag-
klep (niet meegeleverd) uitgerust worden. Hiermee een
gespecialiseerde firma belasten die de wanddoorvoer
uitvoert.
Elektrische aansluiting tot stand
brengen
De netstekker van het toestel in de contactdoos steken.
Wanneer alle montagewerken beëindigd zijn, kunt u de
stroom voor de contactdoos van de afzuigkap opnieuw
inschakelen.
Schachtmontage
Beschermfolies verwijderen. De uit grondschacht (3) en
telescoopschacht (2) bestaande schacht op de volgende
wijze samenvoegen:
Bij recirculatie functie: De telescoopschacht (2) zoda-
nig aanbrengen dat de luchtuitlaatgleuven zich boven
bevinden (Afb. 21).
Bij afvoerluchtbedrijf: De telescoopschacht (2) met de
luchtuitlaatgleuven naar beneden aanbrengen.
De luchtuitlaatgleuven zijn dan bedekt.
De montageplaat (9) (Afb. 13) met twee schroeven 4x45
mm (12) en twee plugs 8 mm (13) aan de wand bevesti-
gen. De afstand van de montageplaat (6) overeenkom-
stig de volgende schets (Afb. 13) kiezen.
De grondschacht (3) met ingeschoven telescoopschacht
(2) over het motorvlok (12) schuiven. Nu de telescoop-
schacht (2) tot aan het plafond van de ruimte omhoog
trekken en op de montageplaat (5) met 2 schroeven
3,9x9,5 mm (14) bevestigen.
Ruimteplafond
16
NL
Afb. 13
Afb. 14