8. Klemmen, TAFELSTEUN EN MACHINESTEUN (zie Fig. 3)
(1) Bij frezen met aanvoer in de lengterichting is het aan te raden om de verplaatsing van de
kruistafel te vergrendelen om de nauwkeurigheid van je werk te garanderen. Draai hiervoor
de kleine bladschroef aan de rechterkant van de tafelbasis vast.
(2) Draai de twee kleine bladschroeven aan de voorkant van de tafelbasis vast om de verplaatsing
van de tafel in de lengterichting voor dwars frezen vast te zetten.
(3) Aan de voorkant van de tafel zijn verstelbare verplaatsingsstops voorzien om de
dwarsverplaatsing en de gewenste freeslengte te regelen.
9. snelheidsverandering (zie Fig. 4)
(1) Schakel de stroom uit.
(2) Selecteer de geschikte R.P.M. uit de snelheidstabellen in tabel 1.
(3) Zet de snelheidshendel A en B in de juiste stand.
(4) Schakel de stroom in.
Let op voor schakelaar:
Wanneer u de looprichting van de spindel
verandert van vooruit naar achteruit of van
achteruit naar vooruit, moet u eerst de motor
uitschakelen.
Verander de draairichting van de spindel absoluut
niet wanneer de machine draait.
Een onjuiste bediening van de schakelaar kan leiden tot
schade aan de schakelaar, machine of gevaar voor de operator.
-13-
Fig.4