BEDIENING
De voorgaande paragraaf over printerdrivers heeft uitgelegd hoe u de
standaardwerking van de diverse functies instelt. Deze werden ingesteld
via het Windowsprogramma.
Deze paragraaf beschrijft hoe u de printerwerking wijzigt voor specifieke
afdruktaken, indien dat nodig is.
Hierbij maakt u gebruik van dezelfde Eigenschappen pagina als die van
de printerdriver, maar die wordt nu benaderd vanuit uw Windows
toepassingsprogramma.
Vanuit het toepassingsprogramma kan deze Eigenschappen pagina er
eenvoudiger uitzien als de afbeeldingen in dit document, indien alleen de
instellingen die u wenst te wijzigen getoond worden.
De meeste toepassingen stellen u in staat op de printereigenschappen te
benaderen vanuit de document afdrukdialoog.
KLEURAFDRUKKEN
De PCL en PostScript printerdrivers die geleverd zijn bij deze machine
stellen verscheiden mogelijkheden voor het wijzigen van de kleuruitvoer
van uw printer beschikbaar. Voor algemeen gebruik zal de instelling
Automatisch voldoen, die levert redelijke standaardinstellingen die
goede resultaten zullen leveren voor de meeste documenten.
Veel toepassingen hebben zelf mogelijkheden om de kleuren in te
stellen, en die kunnen prioriteit hebben over de instellingen van de
printerdriver. Raadpleeg alstublieft de documentatie voor uw
toepassingsprogramma voor meer gegevens over hoe dat specifieke
programma de kleuren instelt.
FACTOREN DIE DE HET RESULTAAT VAN DE AFDRUKKEN
BEÏNVLOEDEN.
Indien u de kleurinstellingen in uw printerdriver handmatig wilt instellen,
dient u zich er van bewust te zijn dat kleurreproduktie een complex
onderwerp is, en er met veel factoren rekening dient te worden
gehouden. Enkele van de belangrijkste factoren staan hieronder.
BEDIENING > 93