6 In bedrijf nemen
Tweepuntsregeling
Master-/Slave-omscha-
keling
16
Fig. 4: Ex-weerstand voor kabelbewaking bij sensoren uit de EL-serie
Opmerking:
De kabelbewaking mag alleen worden geactiveerd, wanneer een 220
kΩ-weerstand tussen de beide elektroden is geschakeld.
Via deze schakelaar kunnen de volgende functies worden gekozen.
•
Eenpuntsregeling (tweekanaals niveaudetectie met telkens een
sensor en hetzelfde in-/uitschakelpunt)
•
Tweepuntsregeling (niveaudetectie met twee sensoren en ver-
schillende in-/uitschakelpunten)
Bij een tweepuntsregeling kunnen, in tegenstelling tot bij de een-
puntsregeling, het in- en uitschakelpunt verschillend worden ingesteld
(hysterese). Via de montage resp. de afstand van de beide sensoren
kan deze hysterese willekeurig worden gedefinieerd.
De tweepuntsregeling wordt bijvoorbeeld bij het vullen of aftappen via
een pomp gebruikt. Zo kan bijv. het vullen van een tank bij 10% wor-
den ingeschakeld en bij 90% weer worden uitgeschakeld. De uitgang
van het tweede kanaal gedraagt zich identiek aan het eerste kanaal,
zolang de bedrijfsmodus hetzelfde is ingesteld. Door verandering van
de bedrijfsmodus kan de werking van het relais worden geïnverteerd.
Indien meerdere instrumenten op dezelfde elektroden moeten
worden aangesloten, moeten alle VEGATOR 132 via de klem 3
onderling worden verbonden. Een instrument moet als master worden
geconfigureerd, alle andere als slave. Door synchronisatie van de
meetspanningen worden foutieve schakelingen door overspraak van
de meetstromen voorkomen.
VEGATOR 132 •