70
nl | Diagnose
–
–
–
Er wordt een lijst met informatie over de geconfigureerde functie weergegeven, waarbij RM de
afkorting is voor Remote Maintenance en RA voor Remote Alert. Let erop dat u omlaag moet
scrollen in de lijst om alle informatie te zien:
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
Als een Remote ID is ingesteld in de centrale, wordt automatisch geprobeerd verbinding te
maken met het Remote Portal. Als u handmatig verbinding wilt maken, selecteert u Verbind.
maken met server.
14.8
Gesproken woord ontruimingssystemen
Twee verschillende soorten gesproken woord alarmsysteem kunnen worden aangesloten op
de FPA-5000/FPA-1200:
–
–
De diagnostische informatie die wordt weergegeven, is afhankelijk van het gesproken woord
ontruimingssysteem dat is geconfigureerd voor de FPA-5000/FPA-1200.
Een lijst weergeven van alle aangesloten gesproken woord ontruimingssystemen die worden
gebruikt voor gesproken woord ontruiming:
1.
2.
Informatie over een beschikbaar Plena gesproken woord ontruimingssysteem weergeven:
Raak één van de weergegeven systemen aan om het selecteren. De volgende informatie wordt
weergegeven:
–
2019.02 | 8.0 | F.01U.258.935
Selecteer in het startmenu Diagnose
Netwerkservices
Remote services
Systeemnaam de naam van de systeemconfiguratie in FSP-5000-RPS. Als er geen naam is
geconfigureerd, wordt het serienummer van de centrale gebruikt als systeemnaam.
Remote ID identificatienummer voor een specifieke serviceprovider. De Remote ID wordt
gegenereerd en verstrekt door het Remote Portal. Zie Remote Services, pagina 90 als u
de Remote ID wilt invoeren of wijzigen.
System ID identificeert een FPA-5000/FPA-1200-systeem dat een FSP-5000-RPS-
configuratie vertegenwoordigt. Deze wordt aan de centrale toegewezen door de Remote
Portal-server.
Status van Remote Services: geeft aan of een externe verbinding met de Remote Portal-
server is geconfigureerd. (Aan/Uit).
Verbindingsstatus: alleen beschikbaar op de centrale die is geconfigureerd als
gatewaycentrale. Geeft aan of de verbinding met de Remote Portal-server actief is (OK/
Wachten op feedback/Verbinding mislukt).
Status Remote Maintenance / Status van Remote Alert: geeft aan of de desbetreffende
functie in de programmeersoftware FSP-5000-RPS is ingeschakeld.
RM/RA: Status laatste overdracht: status van de laatste overdracht van gegevens van
LSN-apparaten die verbonden zijn met de brandmeldcentrale naar de Remote Portal-
server (OK/OK/Mislukt/Verificatie mislukt)
RM/RA: Datum laatste overdracht: datum en tijd van de laatste gegevensoverdracht van
een LSN-apparaat dat verbonden is met de brandmeldcentrale naar het Remote Portal.
Voor beveiligd privénetwerk:
IP-adres server: IP-adres van de server die gegevens verzamelt en ontvangt.
Serverpoort: poortnummer van de server die gegevens verzamelt en ontvangt.
Gesproken woord ontruimingssysteem via relais (Plena)
VAS (Voice Alarm System, gesproken woord alarmsysteem) over IP
Selecteer in het startmenu Diagnose
VAS
Een lijst van alle beschikbare gesproken woord ontruimingssystemen wordt weergegeven.
Trouble (ja/nee)
Bedieningshandleiding
Paneelcontroller
Bosch Sicherheitssysteme GmbH