3. Voorbeelden installatie en bedrading
3.1. Voorzorgsmaatregelen en installatie-opmerkingen
Er moeten enkele basis zaken in gedachten gehouden worden bij het installeren van een Smart BatteryProtect:
1. De Smart BatteryProtect moet geïnstalleerd worden op een goed geventileerde plaats en bij voorkeur dichtbij (max. 50 cm)
de accu (maar, vanwege mogelijke bijtende gassen, niet boven de accu!).
2. Kies de juiste kabeldoorsnede en -lengte passend bij de belasting. Spanningsverlies over een lange of te dunne kabel
tussen de accu plus en de SBP kan resulteren in een kortsluitingsalarm bij het inschakelen van de belasting of een
onverwachte uitschakeling. Meer informatie over het selecteren van de juiste kabeldoorsnede en de bescherming ervan
kan gevonden worden in ons boek
3. In de kabel tussen de accu en de SBP moet een zekering geïnstalleerd worden in overeenstemming met de locale
regelgeving
4. Besteed aandacht aan de juiste aansluiting. De SBP is ontworpen om stroom alleen te laten vloeien van de IN (accu) naar
OUT (belasting) aansluitingen. Retour stromen van de OUT naar IN aansluiting zijn strikt verboden en beschadigen het
apparaat. Als de SBP wordt gebruikt als een loskoppeling voor een laadbron, moet het apparaat in het systeem worden
aangesloten zodat stroom in de bedoelde richting vloeit, IN naar OUT.
5. De kortsluitingsbescherming van de SBP wordt geactiveerd wanneer er rechtstreeks een belasting verbonden wordt met
condensatoren, bijvoorbeeld omvormers of omvormers/laders, op hun DC ingang. Gebruik, voor die toepassing, de SBP om
de remote aan-/uit-regeling op de omvormer te regelen, in plaats van de hoog vermogen DC verbinding te ontkoppelen. Zie
ook de waarschuwing op de volgende pagina.
6. Gebruik de 1,5 mm2 kabel (inbegrepen) voor de GND-verbinding, die rechtstreeks verbonden zou moeten worden met de
negatieve aansluiting van de accu (of het chassis van een voertuig). Geen ander materiaal mag met deze kabel verbonden
worden. Merk op dat de GND-kabel dienovereenkomstig beschermd moet worden. Een 300 mA zekering is voldoende.
7. De pen-toekenning van de connectoren staan ofwel gedrukt aan de voorzijde of aan de zijkant van de behuizing.
8. De SBP detecteert maar één keer automatisch de systeemspanning tijdens de eerste keer inschakelen. Zie "d" in de
programmeringstabel over hoe te resetten bij het opnieuw gebruiken van de SBP in een andere installatie of gebruik
Bluetooth.
9. Verbind de belasting niet voordat de SBP volledig geprogrammeerd is.
10. Een remote aan/uit-schakelaar kan verbonden worden tussen remote H en remote L. Alternatief kan aansluiting H hoog
geschakeld worden (naar accu-pluspool) of aansluiting L kan laag geschakeld worden (naar accu-minpool).
11. Een zoemer, LED of relais kan verbonden worden tussen de alarm uitgang-aansluitin en de accu-pluspool. Maximale
belasting van de alarm uitgang: 50 mA (kortsluitingbestendig).
Pagina 3
Smart BatteryProtect 48V 100A
Wiring
Unlimited.
Voorbeelden installatie en bedrading