Inhoudsopgave
Advertenties
6.4
Elektrische aansluiting
Aanwijzing
In de gebouwinstallatie moet een installatie-automaat aanwezig zijn.
–
–
A
16A
L
N
L L
R
R
L
AUX
IN/OUT
N
1
L
Afb. 8:
Elektrische aansluiting
[A] Optioneel: AUX-aansluitingen geconfigureerd als in- of uitgang, zie hoofdstuk 8.3.21 "Menu
'Instellingen' – 'AUX'" op pagina 65.
[B] Optioneel: aansluiting van een externe antenne, zie hoofdstuk 6.5.3 "Antenne" op pagina
23.
[C] Optioneel: gelijktijdig inschakelen met ruimtelicht.
[D] Variant: bij aansluiting van fluorescentielampen, spaarlampen en ledlampen wordt het
gebruik van een 2-polige schakelaar aanbevolen.
Producthandboek 2CKA002273B5162
Installatie-automaat: 110 ... 230 V AC, ±10%, 50 / 60 Hz max. B16A.
De ter plaatse geldende bepalingen voor elektrische installaties moeten in
acht worden genomen.
B
C
R
Aansluiting, inbouw / montage
D
│19
Advertenties
Inhoudsopgave
