Zorg voor voldoende ventilatie rond de lader als deze wordt gebruikt voor het
l
bedienen van het apparaat of het opladen van de batterij. De lader niet afdekken
met papier of andere objecten die de koeling belemmeren. Gebruik de lader niet
als deze zich nog in de draagtas bevindt.
Sluit de lader aan op een goede stroombron. De spanningsvereisten vindt u op
l
de behuizing en/of de verpakking van het product.
Gebruik de lader niet als de kabel beschadigd is.
l
Probeer het apparaat nooit zelf te onderhouden of te repareren. Het apparaat
l
bevat geen interne onderdelen die kunnen worden gerepareerd. Vervang de
eenheid als deze is beschadigd of blootgesteld aan overmatige vocht.
Uw apparaat verzorgen
Een goed onderhoud van uw apparaat garandeert een foutloze werking en
vermindert het risico op schade.
Houd het apparaat uit de buurt van overmatig vocht en extreme temperaturen.
l
Vermijd blootstelling van het apparaat aan direct zonlicht of sterk ultraviolet licht
l
gedurende langere perioden.
Plaats niets bovenop het apparaat en laat geen objecten op het apparaat vallen.
l
Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan heftige schokken.
l
Stel het apparaat niet bloot aan plotselinge en extreme
l
temperatuurveranderingen. Dit kan de vorming van condensatie in de eenheid
veroorzaken, waardoor het apparaat defect kan raken. Bij vochtcondensatie
moet u het apparaat volledig laten drogen voordat u het weer gebruikt.
Reinig het apparaat nooit wanneer het is ingeschakeld. Gebruik een zachte,
l
pluisvrije doek om het scherm en de buitenzijde van het apparaat af te vegen.
Probeer nooit het apparaat te demonteren, te repareren of wijzigingen aan het
l
apparaat aan te brengen. Het demonteren, aanpassen of op enigerlei manier
repareren, kan schade veroorzaken aan het apparaat en zelfs lichamelijk letsel
42