Download Print deze pagina

Viega Advantix 4966.10 Handleiding pagina 7

Advertenties

Gebruiksaanwijzing Advantix Vario douchegoot 70 mm renovatiemodel
BNL
D
Bepaling van de gootlengte bij celinbouw
De douchegoot heeft zodanige afmetingen dat deze van buitenkant tot buitenkant flens overeenkomt met de binnenwerkse maat
van de douchecel van binnenkant stucwerk tot binnenkant stucwerk.
A stucwerk
B tegels
Voorbeeld:
1000 mm douchecel betegeld (afstand B tot B)
Q
Q
Tegeldikte incl. lijm 15 mm
Q
Q
Douchecel in gestucte toestand 1030 mm (afstand A tot A)
Q
Q
Als berekeningsbasis voor de profiellengte geldt de maat van de gestucte douchecel (1030 mm). Van deze 1030 mm moet 100 mm
(2 x eindstuk 50 mm) worden afgetrokken. Het douchegootprofiel wordt nu aan één kant of aan beide kanten ingekort tot 930 mm.
De positie van de afvoer kan daarbij vrij worden gekozen. Daarbij mag de maat vanaf midden afvoer tot einde gootprofiel niet
kleiner zijn dan 150 mm.
E
Montage douchegootprofiel
C = A - 100 mm
C = het benodigde douchegootprofiel
A = lengte van de douchecel in gestucte toestand
100 mm = 2 x eindstuk 50 mm
 De benodigde douchegootlengte C
bepalen.
 De ingekorte uiteinden en schroefop-
namen ontbramen. Hierbij moet in het
bijzonder worden gelet op de opper-
vlakken waar de afdichting tegenaan
zit.
Ontbramer artikelnr. 151 874
 De schroeven moeten recht in het profiel
worden geschroefd. Het eindafsluitstuk
is juist gemonteerd als de zichtbare
afdichting tussen profiel en eindafsluit-
stuk licht wordt samengeduwd.
F
Montage douchegoot
De afdichtingstoebehorenset moet worden overhandigd aan degene die verantwoordelijk is voor de geïntegreerde afdichting
(tegelzetter).
 Montagevoeten plaatsen en vastklikken
in het profiel. Montagevoeten over de
gootlengte verdelen (tabel 1). De afstand
tussen twee bevestigingsvoeten mag
niet meer dan 40 cm bedragen.
 Controleren of de sifon tot de aanslag in
het hoogtecompensatiestuk is gestoken.
 De inbouwhoogte is variabel van
70 - 95 mm. Bij een inbouwhoogte van
meer dan 70 mm moet de sifon bouw-
zijdig worden vastgezet om wegglijden
van het gootaansluitstuk te voorkomen.
j Controleren van de afvoer incl.
aansluitleiding: afvoer en buisleiding
met water vullen en op dichtheid
controleren.
 Ruimte onder douchegoot over het hele
oppervlak tot bovenkant flens vullen
met afwerkvloermortel.
De douchegoot moet bestand zijn
tegen sterke belastingen.
 Afhankelijk van de inbouwsituatie kan
de douchegoot aan één kant of aan
beide kanten worden ingekort.
 Het gootprofiel moet in het afdichtende
gedeelte van de profieldichting (binnen
in het profiel) worden ingevet met het
meegeleverde vet. Om een optimale
hechting van het afdichtingsmateriaal
te waarborgen mag geen vet op de
afdichtingsflens komen. Indien nodig
moet de flens worden gereinigd met
bijv. isopropanol.
 Lipdichting van binnen en buiten
invetten en monteren.
 Sifon mag alleen in ingebouwde
toestand worden gedraaid.
h Om een goede waterafvoer mogelijk te
maken, moet de douchegoot waterpas
worden gesteld.
De hoogteverstelling van de voeten
vervolgens met contramoer vastzetten.
Sifon op het afvoersysteem aansluiten.
 Controleren van de douchegoot:
testadapter in de afvoeropening van
goot steken. Water tot vlak onder
de hoogte van de afdichtingsflens in
de goot vullen en eindafsluitstukken
controleren op dichtheid.
19
 De maat C overbrengen op de douche-
goot en de goot met de zaaghulp
inkorten. Het zaagblad mag hierbij
slechts max. 1,5 mm breed zijn.
 De eindafsluitstukken kunnen er nu
worden op geschroefd. De laatste
schroefgangen en het vastschroeven
moeten handmatig met een schroe-
vendraaier worden gedaan. Een max.
kracht van 3 Nm mag niet worden
overschreden.
 Douchegootbasiselement met
afvoeraansluiting volledig in de sifon
plaatsen.
 Vloerhoogte H bepalen – de max.
inbouwhoogte bedraagt 95 mm.
i Voeten zo nodig vastzetten met beves-
tigingsmateriaal.
l Bouwbeschermfolie indien nodig
inkorten en op de flens vastlijmen.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

721671