Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Sensorconfiguratie; Eenkanalig Noodstopcircuit Met Bedienorganen Volgens; Tweekanalig Noodstopcircuit Met Bedienorganen Volgens - schmersal Elan SRB 324ST V.3 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Bedieningshandleiding
Veiligheidsmodule

8.3 Sensorconfiguratie

Tweekanalige aansturing van veiligheidsgerichte (microprocessor-
gebaseerde) beschermvoorziening met p-schakelende halfgelei-
deruitgangen, bijv. AOPD's, volgens EN IEC 61496 (Afb. 11)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de besturings-
circuits.
• Dwarssluitingen tussen de bewakingscircuits worden gewoonlijk door
de beschermvoorzieningen herkend. De veiligheidsmodule is bijge-
volg niet uitgerust met een dwarssluitdetectie.
• Als dwarssluitingen in de besturingscircuits door de beschermvoor-
ziening gedetecteerd worden: categorie 4 – PL e volgens DIN EN ISO
13849-1 mogelijk.

Eenkanalig noodstopcircuit met bedienorganen volgens

DIN EN ISO 13850 (EN 418) en EN 60947-5-5 (Afb. 12)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het besturings-
circuit.
• Cat. 1 – PL c volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk.

Tweekanalig noodstopcircuit met bedienorganen volgens

DIN EN ISO 13850 (EN 418) en EN 60947-5-5 (Afb. 13)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het besturings-
circuit.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden niet herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk (bij afgescherm-
de bekabeling).
+24V
+24V
S21
S11
S12
S12
S32
S22
S12
S32
Afb. 11
Afb. 12
Tweekanalig noodstopcircuit met bedienorganen volgens
DIN EN ISO 13850 (EN 418) en EN 60947-5-5 (Afb. 14)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de besturings-
circuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk
Eenkanalige veiligheidsdeurbe waking met vergrendelvoorzienin-
gen volgens EN 1088 (Afb. 15)
• Minstens een gedwongen verbreekcontact vereist.
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het besturings-
circuit.
• Cat. 1 – PL c volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk.
Tweekanalige veiligheidsdeurbewaking met vergrendelvoorzienin-
gen volgens EN 1088 (Afb. 16
• Minstens een gedwongen verbreekcontact vereist.
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het besturings-
circuit.
• Dwarssluitingen tussen de deurbewakingscircuits worden niet her-
kend.
• Cat. 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk (bij afgescherm-
de bekabeling).
6
S21
S11
S31
S21
S22
S12
S32
S22
Afb. 13
S11
S21
S31
S12
S22
S32
Afb. 14
Afb. 15
Tweekanalige veiligheidsdeurbewaking met vergrendelvoorzienin-
gen volgens EN 1088 (Afb. 17)
• Minstens een gedwongen verbreekcontact vereist.
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het besturings-
circuit.
• Dwarssluitingen tussen de deurbewakingscircuits worden herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk
Tweekanalige aansturing van veiligheidsmagneetschakelaars
volgens EN 60947-5-3 (Afb. 18)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de besturings-
circuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden niet herkend.
• Cat. 3 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk
Tweekanalige aansturing van veiligheidsmagneetschakelaars
volgens EN 60947-5-3 (Afb. 19)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de besturings-
circuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1 mogelijk
S11
S21
S31
S12
S22
S32
S12
Afb. 17
Afb. 18
Het aansluiten van veiligheidsmagneetschakelaars aan de
veiligheidsmodule SRB 324ST is uitsluitend toegelaten als de
vereisten van de norm EN 60947-5-3 vervuld zijn.
De volgende technische vereisten moeten minstens vervuld zijn:
– Schakelvermogen: min. 240 mW
– Schakelspanning: min. 24 VDC
– Schakelstroom: min. 10 mA
De volgende veiligheidssensoren voldoen bijvoorbeeld aan
de vereisten:
– BNS 33-02z-2187, BNS 33-02zG-2187
– BNS 260-02z, BNS 260-02zG
– BNS 260-02-01z, BNS 260-02-01zG
Als sensoren met LED in het besturingscircuit (veiligheids-
circuit) aangesloten worden, moet de volgende nominale
bedrijfsspanning verplicht aangehouden worden:
– 24 VDC met een max. tolerantie van –5 %/+20 %
– 24 VAC met een max. tolerantie van –5 %/+10 %
Vooral bij serieschakelingen van sensoren met een span-
ningsval in het besturingscircuit kunnen er problemen met de
beschikbaarheid optreden.
NL
SRB 324ST V.3
S11
S12
S21
S11
S31
S12
S32
S22
S12
S32
Afb. 16
S11
S31
S21
S11
S21
S31
S32
S22
S12
S22
S32
Afb. 19
S21
S22

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave