Inhoudsopgave
Advertenties
1. Scenes
Er zijn twee methoden om een scene aan te maken:
• Met gebruik van de kleurenslider (1.1)
• Met gebruik van de draaibesturing (1.2)
1.1 Scene programmeren met de kleurenslider
1. Om de programmeermodus te betreden, moet u de Program-knop (8) voor 3 seconden ingedrukt
houden, de Program-LED zal groen licht geven en het display toont: PROG.
2. Om de SCENE-modus te selecteren, raakt u de Scene-knop aan (14). De Chase-LED (13) en de
Scene/chase-LED (12) zullen groen licht geven.
3. Nu moet u een fixture selecteren
Raak een Fixture-knop aan (1) om de fixture te selecteren die u wilt instellen. Wanneer de fixture-LED
op AAN staat, kunnen de kleuren veranderd worden. Indien u Fixture-knop 1 en Fixture-knop
8tegelijkertijd aanraakt, worden alle Fixtures 1-8 geselecteerd.
4. Stel een kleur in voor uw gewenste kleur, door met uw vinger over de kleuropties te glijden(20).
5. Indien u de snelheids- en fade-tijd wilt instellen, kunt u de volgende stap volgen, zo niet dan kunt u
verder gaan naar de stap daarna.
Druk op de Mode-knop (12) om naar Auto over te schakelen, druk vervolgens op de knop Fade Time
of Speed Time (4 of 5) en gebruik de draaibediening (15) om de waarden te wijzigen.
6. Selecteer de bank waarvoor u een scene wilt aanmaken, met gebruik van de knoppen Bank
omhoog/omlaag (3).
7. Druk op de ADD-knop (9).
8. Druk op de Scene-knop (19) om te selecteren waar je de scene wilt bewaren.
9. Alle LED`s lichten driemaal op. Dit geeft aan dat uw scene succesvol opgeslagen is.
10. Herhaal stap 3 t/m 9 om meer scenes toe te voegen. Maak een nieuwe instelling aan, bewaar deze
op een andere scene-knop totdat u al uw gewenste scenes hebt aangemaakt.
11. Indien u de programmeermodus wilt verlaten, raakt u de opnameknop (8) voor 3 seconden aan, de
Program-LED zal dimmen.
1.2 Scene programmeren met de draaibesturing
1. Om de programmeermodus te betreden, moet u de Program-knop (8) voor 3 seconden ingedrukt
houden, de Program-LED zal groen licht geven en het display toont: PROG.
2. Om de SCENE-modus te selecteren, raakt u de Scene-knop aan (14). De Chase-LED (13) en de
Scene/chase-LED (12) zullen groen licht geven.
3. Nu moet u een fixture selecteren
Raak een Fixture-knop aan (1) om de fixture te selecteren die u wilt instellen. Wanneer de fixture-LED
op AAN staat, kunnen de kleuren veranderd worden. Indien u Fixture-knop 1 en Fixture-knop
8tegelijkertijd aanraakt, worden alle Fixtures 1-8 geselecteerd.
4. Gebruik eerst de rode, groene, blauwe en witte knoppen (4, 5, 6, 7) om een specifieke kleur in te
stellen.
Stel vervolgens uw gewenste kleur in, door met uw vinger over de kleuropties te
glijden(20) in combinatie met de 4 kleurknoppen.
Als u echter alleen de witte knop kiest, kunt u dit niet zien op de LED's van de controller. De LED
Operator Touch zal wit tonen als voorbeeld. Schijnwerpers, enz.
U kunt elke kleur los van elkaar selecteren. ProgR000, ProgG000, ProgB000, ProgW000.
Voorbeeld: Selecteer rood, pas de waarde aan. Deselecteer rood en selecteer groen, enz.
5. Indien u de snelheids- en fade-tijd wilt instellen, kunt u de volgende stap volgen, zo niet dan kunt u
verder gaan naar de stap daarna.
Druk op de Mode-knop (12) om naar Auto over te schakelen, druk vervolgens op de knop Fade Time
of Speed Time (4 of 5) en gebruik de draaibediening (15) om de waarden te wijzigen.
6. Selecteer de bank waarvoor u een scene wilt aanmaken, met gebruik van de knoppen Bank
omhoog/omlaag(3).
7. Druk op de ADD-knop (9) om meerdere banks als één scene aan te maken. De Scene/chase-LED zal
dimmen.
8. Druk op de Scene-knop (19) om te selecteren waar je de scene wilt bewaren.
9. Alle LED`s lichten driemaal op. Dit geeft aan dat uw scene succesvol opgeslagen is.
10. Herhaal stap 3 t/m 9 om meer scenes toe te voegen. Maak een nieuwe instelling aan, bewaar deze
.
.
8
Advertenties
Inhoudsopgave
