R A q < I B i C \ E x Q X > y P D N J z R
Het kwaliteitsniveau selecteren
U kunt de kwaliteit (de compressiefactor) van foto's selecteren.
Hoe meer sterren, des te lager de compressiefactor en des te scherper
de opname, maar het bestand wordt groter. Ook de instelling van de opname-
pixels heeft invloed op de bestandsgrootte (blz.89).
Kwaliteitsniveau
Best
C
Beter
D
Goed
E
1
Druk in de stand A op de knop 3.
Het menu [A Opnemen] verschijnt.
2
Selecteer [Kwaliteitsniveau] met de vierwegbesturing (23).
3
Druk op de vierwegbesturing (5).
Er verschijnt een afrolmenu.
4
Wijzig het kwaliteitsniveau
met de vierwegbesturing (23).
5
Druk op de knop 4.
De instelling van Kwaliteitsniveau
wordt opgeslagen.
6
Druk op de knop 3.
De camera gaat terug naar de opnamestand met de huidige instelling.
• Als u de functie [Kwaliteitsniveau] vaak gebruikt, kunt u tijd besparen door de functie
toe te wijzen aan de knop Snelinstelling. (blz.58)
• Het kwaliteitsniveau wordt ingesteld op D als de opnamestand is ingesteld op Y.
Opnamepixels en kwaliteitsniveau van foto's 1blz.31
MENU
2, 3, 4
5
1, 6
Laagste compressiefactor. Geschikt voor fotoafdrukken.
Standaard compressiefactor. Geschikt voor weergave
van opnamen op het beeldscherm van een computer.
Hoogste compressiefactor. Geschikt voor plaatsing op een website
of om als bijlage bij e-mailberichten te gebruiken.
Opnemen
1/3
6
Opnamepixels
M
Kwaliteitsniveau
AWB
Witbalans
Autom. belicht.
ISO
Gevoeligheid
AUTO
Einde
MENU
Opslagcapaciteit
6
Opnamepixels
M
Kwaliteitsniveau
AWB
Witbalans
Autom. belicht.
ISO
Gevoeligheid
AUTO
MENU
Stop
4
1319
OK
OK
OK
OK
91