Inhoudsopgave
Advertenties
Installatie aanbevelingen
■
Het niet opvolgen van deze aanbevelingen kan leiden tot
ernstig persoonlijk letsel (dood) en materiële schade (vernie
ling).
De installatie moet voldoen aan de DTUnormen 65.9 en 65.11
met betrekking tot verwarmingsnetten. Zorg ervoor dat de
ketel wordt geïnstalleerd op een stabiele vloer in goede staat,
voldoende stevig en niet onderhevig aan trillingen. Dompel
de ketel niet onder.
De elektrische ketel kan in elk type ruimte worden geplaatst,
op voorwaarde dat deze schoon, droog en geventileerd
is. Bewaar het niet in de buurt van ontvlambare, bijtende
Hydraulica
■
Op alle hoge punten van het systeem zijn aftapkleppen nodig
om de ontluchting uit te voeren.
Controleer of alle elektrische en hydraulische aansluitingen
goed vastzitten. De elektrische onderdelen mogen niet recht
streeks of onder spanning bereikbaar zijn (gebarsten of
gescheurde kabels, onbeschermde connectoren, enz.).
Het is ten strengste verboden een veiligheidsinrichting te
blokkeren. De uitgang van de veiligheidsklep mag niet geblok
keerd zijn. Het water dat uit de veiligheidsklep stroomt, kan
heet zijn en ernstige brandwonden veroorzaken. De uitlaat
van de veiligheidsklep moet onder atmosferische druk blijven
(open circuit).
De diameter van de buizen moet een watersnelheid tussen
0,5 (om de ontwikkeling van een biofilm te voorkomen) en
2 m/s toelaten om corrosie en lawaai te beperken. Meng geen
verschillende soorten metaal (koper, staal, aluminium, roestvrij
Elektrisch
■
Elke ingreep moet worden uitgevoerd zonder
stroom door een gekwalificeerde en bevoegde
technicus. Schakel de hoofdvoeding naar het
schakelbord uit. De ON/OFF-schakelaar onder-
breekt alleen het bedie ningscircuit. Risico op
elektrocutie.
De in deze handleiding aangegeven doorsneden, bescher
mings graden en kabeltypes moeten in acht worden genomen.
Waterkwaliteit
■
Het vullen moet gebeuren met water uit het drinkwaternet.
Water uit een andere bron (put, boorgat, regenwater, enz.)
is verboden. Het vulwater moet vrij zijn van deeltjes groter
dan 0,1 mm in diameter (indien dit niet het geval is, moet
stroomopwaarts een filter worden geïnstalleerd).
In sommige gevallen kan de waterkwaliteit ongeschikt zijn
voor het vullen van het systeem, bv. zeer corrosief water of
water met een hoog kalk of chloorgehalte. Zorg ervoor dat
de nodige maatregelen worden genomen om dit water te
behandelen. Om kalkaanslag te voorkomen, is de installatie
van een water ontharder absoluut noodzakelijk op elk netwerk
waar de waterhardheid ≥ aan 15 °f (TH, Franse graad) of
8,5 °GH (Duitse graad).
Onthard water moet voldoen aan de criteria van DTU 601
(TH < 15 °f). In alle gevallen, ongeacht of het water al dan
Waarschuwingen en aanbevelingen
producten (verf, oplosmiddel, chloor, zeep, enz.) en andere
schoonmaakmiddelen. Chloordampen kunnen ernstige schade
toebrengen aan het toestel en aan personen.
Laat de ketel volledig leeglopen wanneer deze niet in
gebruik is tijdens vorstperiodes. Gretel aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor schade door vorst. De ketel moet in
een vorstvrije ruimte worden geplaatst. Vorstbeveiliging van
de ketel is noodzakelijk als de ketel tijdens de winterperiode
wordt uitgeschakeld.
De kamertemperatuur mag niet hoger zijn dan 35°C. De lucht
vochtigheid mag niet hoger zijn dan 80% (nietcondenserend).
staal, enz.) en vermijd het gebruik van zink. Geef de voorkeur
aan synthetische materialen met een antizuurstof barrière.
Indien de installatie is voorzien van een handbediende of
automatische klep of van andere apparatuur die waterslag
kan veroorzaken, moet op de eindpunten van het circuit een
voorziening tegen waterslag worden aangebracht (risico van
vernieling van het verwarmingselement).
Indien de druk van het drinkwaternet hoger is dan 7 bar, is
het raadzaam deze te verlagen tot 3 bar voor het vullen van
het circuit en de ketel.
Bij elke installatie is het noodzakelijk de circuits volledig te
reinigen en te spoelen om alle deeltjes (snij of hardsoldeer
resten, enz.) te verwijderen die de ketel of de in het circuit
aanwezige apparatuur zouden kunnen bescha digen en die
de goede werking van de ketel op den duur niet zouden
garan deren. Raak de metalen onderdelen in de ketel niet
aan (verbrandingsgevaar).
In geval van twijfel moet een berekeningsnota, uitgevoerd
door een gekwalificeerd persoon, worden gemaakt voor de
juiste dimensionering van de aansluiting.
Gretel is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door
een verkeerde elektrische aansluiting. Neem de normen en
specifieke installatievoorschriften in acht die gelden in het
land van installatie. Een jaarlijkse controle van de dichtheid
van de elektrische aansluitingen is verplicht.
niet wordt onthard, moet het voldoen aan de criteria van
DTU 601 Addendum nr. 4 warm water.
De pH van het water moet tussen 7,5 en 9,5 liggen.
Het chloridegehalte mag niet hoger zijn dan 300 mg/l. Het
geleidingsvermogen van het water moet tussen 500 en
3000 µS/m liggen.
Antivries mag alleen worden gebruikt als het absoluut nood
zakelijk is. Indien het gebruik ervan onvermijdelijk is, mag
de concentratie niet meer dan 25 % van het watervolume
bedragen. Volg de instructies van de fabrikant van het anti
vries middel.
Het gebruik van remmer en elk andere waterbehandelings
product moet worden beperkt of vermeden. Zo nodig moeten
de door de fabrikanten voorgeschreven doseringen in acht
worden genomen.
3
Advertenties
Inhoudsopgave
