C8.1 - Videomodus-configuratie (beschikbaar vanaf
RI.006)
Deze functie is standaard uitgeschakeld.
Door deze functie te activeren kan een video-oproep naar
een binnentoestel worden uitgevoerd. De door de centrale
gebelde monitor gaat aan, waardoor bijvoorbeeld de beelden
van de externe camera's in combinatie met art. 1259/A of art.
1259C kunnen worden bekeken.
De VIDEO-modus kan NORMAAL of DIRECT zijn.
In de NORMALE modus wordt de video van het binnentoestel
ingeschakeld als de hoorn wordt opgenomen of als het
geluid bij de ontvangst van de oproep van de centrale
wordt ingeschakeld; in de DIRECTE modus wordt de video
automatisch ingeschakeld bij de ontvangst van een oproep.
Ga als volgt te werk om de functie te activeren:
1. druk op de MENU-toets en toon met de toetsen
menu 8-GEAVANCEERDE OPTIES, druk op toets 8;
8-GEAVANCEERDE
OPTIES
1-VIDEOMODUS-
CONFIGURATIE
2. druk op toets 1 om de functie in of uit te schakelen;
SERVICE AAN
SERVICE UIT
»
als de service is ingeschakeld wordt gevraagd om uit 2
verschillende werkwijzen te kiezen.
f Druk op toets 1 voor de NORMALE MODUS of op toets 2
voor de DIRECTE MODUS;
*1-NORMALE MOD.
2-DIRECTE MOD.
C8.2 -Oproepmodus (beschikbaar vanaf RI.006)
Met deze functie kiest u de handmatige oproepmodus van de
centrale uit 3 verschillende werkwijzen:
1- SIMPLEBUSCODE (standaard), de oproep wordt
uitgevoerd door de code van elke gebruiker in te toetsen.
•
Bij het systeemtype Simplebus wordt de gebruiker van
het intercomsysteem geïdentificeerd door een veld
Gebruikersnaam (optie) en door een veld Code van
maximaal 3 cijfers (tussen 1 en 240).
VOORBEELD: Gebruikersnaam = Smits; Code = 015.
•
Bij het systeem Simplebus TOP wordt de gebruiker
van het intercomsysteem geïdentificeerd door de
velden Gebruikersnaam (optie) en door een veld Code
bestaande uit twee delen: het veld zone van maximaal
3 cijfers (tussen 1 en 500) en het veld gebruiker dat
verplicht uit 3 cijfers bestaat (tussen 1 en 249).
VOORBEELD: Gebruikersnaam = Smits; Code = 25
015.
2- AANGEPASTE CODE (de oproep wordt uitgevoerd door
de 6 -cijferige aangepaste code in te toetsen. Deze code
moet in het geheugen aanwezig zijn en aan de gebruiker
met een naam (verplicht) en een Simplebus- of Simplebus
TOP-code worden gekoppeld).
3- AANGEPASTE CODE ZONDER NAAM, zie de vorige
modus, het verschil is dat hier het naamveld niet verplicht
is. In deze modus wordt gevraagd FILTER UIT of FILTER
18
AAN, als het filter ingeschakeld is, worden op het
display alleen de gebruikers met ingevulde veldnaam
weergegeven; als het filter echter uitgeschakeld is worden
alle gebruikers weergegeven.
Ga als volgt te werk om de functie te activeren:
1. druk op de MENU-toets en toon met de toetsen
het menu 8-GEAVANCEERDE OPTIES, druk op toets
8;
8-GEAVANCEERDE
OPTIES
2. toon met toets
toets 2;
2-OPROEPMODUS
3. toon de gekozen modus met de toetsen
toets 1 voor de SIMPLEBUSCODE, druk op toets 2
het
voor de AANGEPASTE CODE of op toets 3 voor de
AANGEPASTE CODE ZONDER NAAM;
*1-SIMPLEBUSCODE
2-AANGEP.CODE
3-AANGEP.CODE
ZONDER NAAM
als de 3- AANGEPASTE CODE ZONDER NAAM wordt
gekozen, wordt om de inschakeling van het filter gevraagd;
druk op toets 1 voor de uitschakeling of 2 voor de
inschakeling;
*1-FILTER UIT
2-FILTER AAN
C8.3 - Type centrale (Simplebus Top-modus)
(beschikbaar vanaf RI.006)
De centrale kan een SECUNDAIRE of een HOOFDCENTRALE
zijn.
•
Stel SECUNDAIR in als de centrale als SECUNDAIR
apparaat wordt gebruikt, bij de uitgang van de
klemmen LM-LM van de deurselectors art. 1424
(Simplebus TOP-systeem) (zie
SBTOP); of als de centrale als HOOFDCENTRALE
wordt gebruikt, bij Simplebus-systemen met
deurselectors art. 1224A of bij een systeem met één
stamleiding en zonder deurselectors.
LET OP! De SECUNDAIRE centrale kan niet als
centrale in PARALLEL-configuratie worden ingesteld.
•
Stel PRIMAIR in als de centrale in een Simplebus
TOP-systeem als HOOFDCENTRALE wordt gebruikt,
en dus in het gedeelte vóór de deurselectors art. 1424
die de zones/stamleidingen bepalen (zie
systeem
SBTOP).
De SECUNDAIRE of HOOFDCENTRALE moet daarna worden
geconfigureerd als:
1- ENKEL
2- PARALLEL
3- SERIE.
1. Kies ENKEL als er maar één centrale in het systeem
aanwezig is of als de centrale als enige een bepaalde
stamleiding bedient.
het menu 2-OPROEPMODUS, druk op
Audio/video-systeem
, druk op
Audio/video-