Instellen; Een Vooringestelde Modus Gebruiken; Een Trekvoertuig Kiezen; De Hopper Laden - Toro ProPass 200 Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor ProPass 200:
- Gebruikershandleiding (48 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (52 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
De voorinstellingsknoppen
1, 2 en 3 instellen
Het bedieningspaneel heeft drie
waarmee u de snelheidsinstellingen van
KNOPPEN
de lopende band en de optie kunt programmeren.
Elke
VOORINSTELLINGSKNOP
voorbeeldmodus bij A
LL
van verschillende, door de gebruiker gedefinieerde
waarden voor de snelheid.
Als de lopende band en/of de optie beide actief zijn op
het moment dat u een
wordt er een voorbeeldwaarde voor de lopende band
en de optie weergegeven. Als u vervolgens op de
knop A
S
klikt, worden de huidige waarden
LL
TART
vervangen door de voorinstellingswaarden. Als u
langer dan 10 seconden wacht om op de knop A
S
te drukken, zal het systeem terugkeren naar de
TART
eerder opgeslagen waarden.
De waarden van een
VOORINSTELLINGSKNOP
doet u als volgt:
1.
Start zowel de lopende band als de optie,
afzonderlijk of met de knop A
2.
Stel de gewenste snelheid voor de lopende band
en de optie in met de desbetreffende knoppen
om de snelheid te
3.
Houd de knop S
druk vervolgens op de gewenste knop
(1, 2 of 3).
VOORINSTELLING
vervolgens
of
Op het scherm zal PRESET SAVED worden
weergeven.
Opmerking:
Als u de knop S
en een
VOORINSTELLINGSKNOP
lopende band of de optie uitgeschakeld is, wordt er
geen nieuwe waarde opgeslagen. De voorinstelling
behoudt de eerder opgeslagen waarden.
VOORINSTELLINGS-
werkt hetzelfde als de
S
, maar maakt gebruik
TART
VOORINSTELLINGSKNOP
instellen
S
.
LL
TART
en
VERHOGEN
VERLAGEN
ingedrukt en
TORE
,
ingedrukt houdt
TORE
indrukt terwijl de
Een vooringestelde modus
gebruiken
1.
Druk op de gewenste
2 of 3) om de instellingen voor de lopende band
en de optie weer te geven.
2.
Druk op de knop A
band en de optie te starten (als het hydraulische
systeem ingeschakeld is).
3.
Gebruik de knoppen
lopende band en de optie te bedienen.
indrukt,
Een trekvoertuig kiezen
WAARSCHUWING
LL
Gebruik altijd een geschikt trekvoertuig om
de machine te vervoeren, zelfs voor korte
afstanden. Gebruik van een ongeschikt
trekvoertuig kan schade aan de machine,
letsel of overlijden tot gevolg hebben.
De handbedieningsfunctie bevindt zich aan
de besturingszijde van het hydraulische
systeem. (zie Figuur 15).
Een geschikt trekvoertuig heeft een minimaal
trekvermogen van 1405 kg.
Bij een trekchassis bedraagt het maximale
draagvermogen voor de machine 907 kg met een
.
bijbehorend koppelgewicht van 113 kg. Het ledig
gewicht (zonder lading) bedraagt 499 kg, met een
bijbehorend koppelgewicht van 23 kg.
Het koppelgewicht van de machine als deze is
uitgerust met het hydraulische aggregaat van 11 pk
tijdens het werken met volledige belasting bedraagt
,
145 kg. Het bijbehorende onbelaste koppelgewicht
bedraagt 48 kg. Het bijbehorende onbelaste
koppelgewicht bedraagt 599 kg.
Bij een vrachtwagenchassis met directe aansluiting
bedraagt het maximale draagvermogen voor
de machine 907 kg met een bijbehorende
gewichtsoverdracht van 272 kg naar het trekvoertuig.
Het ledig gewicht (zonder lading) bedraagt 544 kg
met een bijbehorende gewichtsoverdracht van 52 kg
naar het trekvoertuig.
De hopper laden
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de machine op het
trekvoertuig is aangesloten voordat u gaat
laden.
33
VOORINSTELLINGSKNOP
S
om de lopende
LL
TART
en
om de
START
STOP
(1,
Advertenties
Inhoudsopgave
