Inhoudsopgave
Advertenties
8│Verhelpen van storingen
14 | BA 85
▸ Druk op de bedieningsknop.
› Het onderdeel wordt verhit.
› Bij de standen 1 t/m 5 wordt het verhitten vanzelf beëindigd na afloop van de
aangegeven verhittingsduur.
› Bij stand 6 wordt er verhit totdat de bedieningsknop wordt losgelaten of totdat
de bescherming tegen oververhitting ingrijpt.
▸ Verwijder de inductor van het te verhitten onderdeel.
» Het onderdeel is verhit.
Gebruik van het apparaat met verminderd uitgangsvermogen kan een tikkend ge-
luid veroorzaken.
7.2 Inductieverhitter en inductor afkoelen
De MF-IDUCTOR en de inductor worden tijdens de werking heet.
Om de MF-IDUCTOR en de inductor te beschermen tegen beschadiging, moeten
deze na gebruik afkoelen.
De MF-IDUCTOR en de gebruikte inductor mogen pas worden opgeborgen nadat ze
zijn afgekoeld.
De ventilator blijft na de verhitting van het onderdeel in werking totdat de interne
temperatuur onder een bepaalde waarde is gedaald. Laat het apparaat aangeslo-
ten op de stroomvoorziening totdat de ventilator vanzelf stopt te werken.
8 Verhelpen van storingen
Een storing wordt aangegeven door de knipperende led bij indrukken van de be-
dieningsknop.
e3 Verhelpen van storingen
Fout
Bescherming tegen overver-
hitting
Overspanningsbeveiliging
│ 8
Mogelijke oorzaak
Uitval van de ventilator.
Luchtinlaatopeningen afgeslo-
ten of bedekt.
Gebruik van niet-geautoriseerde
inductoren.
Netspanning te hoog.
Kortsluiting of aardsluiting van
de inductoren.
Te veel wikkelingen rond het te
verhitten onderdeel bij gebruik
van een flexibele inductor.
│
Oplossing
Laat het apparaat afkoelen. Laat
het apparaat aangesloten op de
stroomvoorziening totdat de
ventilator stopt te werken.
Maak de luchtinlaatopeningen
vrij.
Laat het apparaat afkoelen. Laat
het apparaat aangesloten op de
stroomvoorziening totdat de
ventilator stopt te werken.
Laat het apparaat afkoelen. Laat
het apparaat aangesloten op de
stroomvoorziening totdat de
ventilator stopt te werken.
Gebruik uitsluitend originele ac-
cessoires en originele reserve-
onderdelen.
Controleer of de stroomvoorzie-
ning overeenkomt met de gege-
vens van de productbeschrij-
ving.
Controleer de inductor op be-
schadiging. Vervang de inductor
indien de isolerende bescher-
mende mantel beschadigd is.
Verminder het aantal wikkelin-
gen rond het te verhitten onder-
deel.
Schaeffler
Advertenties
Inhoudsopgave
