1.
Parkeer de spuitmachine op een horizontaal
oppervlak, stel de parkeerrem in werking,
schakel de pomp uit, zet de motor af en
verwijder het sleuteltje uit de starterschakelaar.
2.
Klap de spuitbomen in de spuitstand en
ondersteun de spuitbomen met assteunen of
hang deze met banden aan een hefinrichting.
3.
Als het gewicht van de spuitboom is
ondersteund, verwijdert u de bout en de moer
waarmee de draaipen is bevestigd aan de
spuitboom
(Figuur
Figuur 95
1. Nylon lagerbussen
2. Draaipen
4.
Verwijder de draaipen.
5.
Verwijder de spuitboom en de draaibeugel van
het middelste frame om bij de nylon draaibussen
te kunnen komen.
6.
Verwijder de draaibussen van de voor- en
achterkant van de draaibeugel en controleer
deze
(Figuur
95).
Opmerking:
Vervang beschadigde
draaibussen.
7.
Smeer een beetje olie op de draaibussen en
monteer deze weer in de draaibeugel.
8.
Plaats de spuitboom en de draaibeugel in
het middelste frame en zorg ervoor dat de
openingen zich tegenover elkaar bevinden
(Figuur
95).
9.
Plaats de draaipen en zet deze vast met de bout
en de moer die u eerder hebt verwijderd.
Herhaal deze procedure bij alle andere spuitbomen.
95).
3. Bout
Reiniging
Vloeistofstroommeter
reinigen
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren/Jaar-
1.
Het volledige spuitsysteem grondig uitspoelen
en aftappen.
2.
Verwijder de stroommeter en spoel deze af met
schoon water.
3.
Verwijder de borgring aan de stroomopwaartse
kant
(Figuur
g022367
1. Aangepaste flenseenheid
2. Rotor-/magneetconstruc-
tie
3. Naaf-/lagerconstructie
4. Naafconstructie (met
spiebaan naar boven)
5. Borgring
4.
Reinig de turbine en de turbinenaaf om
metaalvijlsel en bevochtigbaar poeder te
verwijderen.
5.
Controleer de turbinebladen op slijtage.
Opmerking:
laat deze draaien. De turbine moet vrij kunnen
draaien en mag niet te veel aanlopen. Als de
turbine niet vrij draait of erg aanloopt, moet u
deze vervangen.
6.
Zet de vloeistofstroommeter in elkaar.
7.
Gebruik lichte luchtdruk (0,34 bar) om ervoor te
zorgen dat de turbine vrij draait.
72
lijks (houd hierbij de kortste periode
aan) (vaker bij gebruik van bevoch-
tigbaar poeder).
96).
Figuur 96
6. Turbinebout
7. Kabelklem
8. Schroef met schroefdraad
9. Sensorconstructie
10. Stroomverminderende bus
Houd de turbine in uw hand en
g012934