Storingen opsporen en verhelpen
Probleem
De motor draait en de pomp pompt 1.
De motor draait maar de pomp
pompt niet
De motor is heet en loopt
onregelmatig
Lage luchtuitvoer bij het pistool
Lage luchtuitvoer bij het pistool
16
Wat te controleren
(Als alles OK is, doorgaan
met de volgende controle)
Vulkraan open.
2.
Controleer de verftoevoer.
3.
Inlaatzeef verstopt.
4.
De aanzuigslang lekt lucht.
5.
Controleer of de kogel van de inlaatklep
en de zuigerkogel wel goed in de kogel-
zitting komen.
6.
Controleer op lekkage rond de moer
van de halspakking; dit kan duiden
op versleten of beschadigde pakkingen.
7.
De pompstang beschadigd.
1.
De pen van de verdringerpomp
is beschadigd of ontbreekt.
2.
Controleer de complete verbindingsstang
op beschadiging.
3.
Tandwielen of aandrijfhuis.
1.
Zorg ervoor dat de omgevingstempe-
ratuur op de plek van het apparaat niet
boven 115°F (46°C) is en dat het apparaat
niet in rechtstreeks zonlicht staat.
2.
De motor heeft wikkelingen verbrand,
wat te zien is door de positiever (rode)
borstel te verwijderen; de verbrande
aanliggende collectorstangen.
3.
Kijk na hoe strak de pakkingmoer
van de pomp zit. Door te vast aandraaien
komen de pakkingen te strak op de stang
te zitten, dit hindert de pompwerking
en beschadigt de pakkingen.
1.
Het luchtventiel bij het pistool kan dicht
zitten.
2.
De luchtregelaar voor het spuitapparaat
kan dicht zitten (FinishPro 395).
3.
De luchtaansluitingen kunnen los zitten.
4.
Beschadigde (lekkende) lucht-
toevoerslang.
5.
Luchtinlaatfilter verstopt.
6.
Mechanische luchtontlaster open en vast. Vervang de mechanische luchtontlaster.
7.
Elektrische luchtontlaster open en vast.
Wat te doen
(Als iets bij de controle niet OK is,
kijk dan in deze kolom)
Sluit de vulkraan.
Vul de pomp opnieuw om hem aan de gang te brengen.
Verwijder en reinig de zeef, en breng die weer aan.
Draai de moer aan. Kijk de o-ringen op de wartel na.
Zie pomphandleiding 309250. Zeef de verf voor gebruik
om deeltjes te verwijderen die de pomp zouden kunnen
verstoppen.
Zie de pomphandleiding (309250).
Zie de pomphandleiding (309250).
Vervang de pomppen als deze ontbreekt. Controleer
of de klemveer volledig in de groef zit om de gehele stang.
Zie blz. 18, De verdringerpomp vervangen.
Vervang de gehele verbindingsstang. Zie blz. 18,
De verbindingsstang vervangen.
Controleer het aandrijfhuis en de tandwielen
op beschadigingen en vervang zo nodig onderdelen.
Zie blz. 20, Het aandrijfhuis vervangen.
Zet het apparaat op een koelere plaats, wat meer
in de schaduw, indien mogelijk.
Vervang de motor. Zie blz. 35, De motor vervangen.
Draai de pakkingmoer losser. Kijk of er lekkages zijn rond
de vloeistofhouder. Vervang de pomppakkingen.
Zie pomphandleiding 309250.
Draai het luchtventiel linksom om het te openen.
Trek aan de luchtregelaar om hem te ontgrendelen en draai
hem rechtsom om hem te openen.
Controleer alle aansluitingen op luchtlekken.
Vervang de luchttoevoerslang.
Reinig of vervang de luchtinlaatfilterset.
Vervang de elektrische luchtontlaster.
333131A