Combisensor
GIRA
Info
Gebruiksaanwijzing
Combisensor
Functie
De combisensor dient ter meting van windsnelheid,
neerslag, helderheid en schemering. De helderheid
kan voor de hemelrichtingen Oost, Zuid en West af-
zonderlijk gemeten worden. Voor positie en uitrichting
van de afzonderlijke sensors zie afbeelding
A:
windmolentje
B1...B3: helderheidssensors west, oost, zuid
C:
schemersensor
D:
neerslagsensor
• De combisensor wordt rechtstreeks op een weer-
station (best. nr. 1010 00) aangesloten, dat de ver-
dere verwerking van de gemeten data uitvoert en
deze als schakel- of waarde-radiogrammen naar
de bus doorzendt.
Montage
Aanwijzing:
Controleer de montagepositie op ontvangst van het
DCF77-tijdsignaal. Door reflectie kunnen ontvangst-
storingen optreden. Minimum afstand tot andere elek-
trische apparaten: 3 m.
Is een storingvrije ontvangst niet mogelijk, dient u de
montagepositie enkele meters te verplaatsen, tot de
combisensor het signaal perfect ontvangt (zie hfdst.
„Uitrichten van de antenne").
Combisensor
• De combisensor is uitgerust met een DCF77-ont-
vanger, waarmee de geldende wettelijke tijd (MET
of MEZT) ontvangen en naar de KNX/EIB gezon-
den kan worden (b.v. voor synchronisatie van KNX/
.
EIB-klokken).
• De verwarming van de combisensor beschermt de
elektronica tegen (vocht)condensatie binnen het
gespecificeerde temperatuurbereik. De verwar-
ming beschermt niet tegen ijsafzetting op de behui-
zing of bewegende delen.
• Ter bewaking van de werking van het windmolentje
kan een logische controle van het windsignaal door
de software geschieden. Bij onlogische signalen
kunnen windgevoelige installaties (bijv. buitenja-
loezieën, markiezen) in een windbeschutte positie
worden gezet. Onlogische signalen treden op,
wanneer bijv. het windmolentje (door ijsvorming)
geblokkeerd is.
• De combisensor werkt op een externe 24-V voe-
ding, best. nr. 1024 00.
• De verdere functionaliteit van het apparaat is af-
hankelijk van het weerstation en de parametrise-
ring hiervan. Gedetailleerde informatie hierover
leest u in de desbetreffende productdocumentatie.
Veiligheidsinstructies
Attentie! Inbouw en montage van elektrische ap-
paraten mogen uitsluitend door een landelijk er-
kend installatiebedrijf worden uitgevoerd!
Daarbij de geldende ongevallenpreventievoor-
schriften naleven.
Bij veronachtzaming van de installatie-instruc-
ties kunnen brand of andere gevaren optreden.
10/07
Art. nr.: 1025 00
Blz: 1 van 5