Vloermontage
Plafondmontage
Fig. 4.2 Kolom (PA)
Voor montage van de arm aan de wandbeugel:
ga verder met paragraaf 4.4.3
•
4.4.3
Montage van de arm
TIP
Controleer de balansinstelling van de arm voordat u
de slangen bevestigt. Zie paragraaf 6.2.
Fig. 4.3
•
Verwijder de borgmoer M20 (A) van de scharnierstang (E).
•
Schuif de slang over de interne stangen van de arm.
•
Schuif de slangklem (F) en het draaischarnier (incl.
manchet) (D) over de scharnierstang (E).
•
Leg de sluitring M20 (C) op het draaischarnier (D).
•
Steek de scharnierstang (E) in de draaiflens (B).
•
Schuif de slang (A) over het draaischarnier (D).
•
Maak de aansluiting luchtdicht met de manchet.
•
Bevestig de slang (G) aan het draaischarnier (D) met de
slangklem (F).
•
Schuif de borgmoer M20 (A) over de scharnierstang (E) en
draai deze vast.
•
Monteer de afzuigarm aan de wandbeugel met de 8 bouten
M6x25 + sluitringen M6.
B
D
F
G
Fig. 4.3
Montage van de arm
0000101886/161121/A Economy Arm
Wandmontage
A
B
C
D
E
F
G
Voor montage van de kap:
•
zie paragraaf 4.6
4.4.4
Montage van de ventilator
Monteer de ventilator
als volgt op de afzuigarm.
4
Fig. 4.4
•
Plaats de ventilator op de wandbeugel.
•
Steek 4 bouten M6x25
wandbeugel in de kooimoeren van de ventilatorbehuizing.
•
Draai de bouten goed vast.
Fig. 4.4 Montage van de ventilator
4.5
Montage van de EA/S
Zie Fig. V op pagina 11 voor
installatievoorbeelden.
Voor montage aan een kolom (PA):
ga verder met paragraaf 4.5.1
•
Voor montage op een wandbeugel:
•
ga verder met paragraaf 4.5.2
Voor montage op een mobiele unit:
•
ga verder met paragraaf 4.5.3
4.5.1
EA/S aan een kolom
Fig. 4.5
•
Demonteer de draaiflens van de wandbeugel en verander
de positie van de onderkant naar de bovenkant.
Fig. 4.5 Positie van de draaiflens
Voor montage van de wandbeugel aan de kolom:
•
Ga verder met paragraaf 4.4.2
•
ga vervolgens verder met de instructies van Fig. 4.7
(paragraaf 4.5.3)
4.
Geschikte types: zie paragraaf 1.4
5.
De bouten zijn meegeleverd met de arm
door de onderkant van de
5
6