GEBRUIK
6
Functie
A7 Procesingang
A7.1 Serienr. instrument
De volgende proces input parameters zijn alleen beschikbaar, als "snelle toegang" is geactiveerd in het menu "Setup /
Instrument / Quick setup".
A7.2 Nulpunt kalibratie
A7.3 Diameter
A7.4 GK
A7.5 GKL
A7.6 Spoelweerstand
A7.7 Kalib. spoeltemp.
A7.8 Geleiding
A7.9 Elektrodenfactor
A7.10 Veldfrequentie
A7.11 Doorstroomrichting
Tabel 6-7: Menu "A Quick setup"
102
Instelling / beschrijving
Toont het serienummer van het systeem.
Weergave van huidig nulpunt kalibratie waarde.
Vraag: Nulpunt kalibreren?
Selecteer: Afbreken (terug met ^ toets) / Standaard (fabrieksinstelling) /
Handmatig (geef laatste waarde weer; stel nieuwe waarde in,
bereik: -1,00...+1 m/s) / Automatisch (toont de huidige waarde als de nieuwe
nulpuntkalibratiewaarde)
Selecteer in afmetingenlijst.
Afhankelijk van keuze in A7.4 / A7.5, verschijnt de functie C1.1.0, 5 of 6.
Stel de waarde in volgens de informatie op de typeplaat; bereik: 0,5...20
Veldspoelweerstand bij +20°C / +68°F; bereik: 10,00...220 Ω
De spoelweerstand is afgeleid van de spoelweerstand bij referentie temperatuur.
Stel spoeltemperatuur in.
Selecteer: Afbreken (terug met ^ toets) / Standaard (=+20°C / +68°F) / Automatisch
(stel huidige temperatuur in)
Bereik: -40,0...+200°C
Stel spoelweerstand in.
Selecteer: Afbreken (terug met ^ toets) / Standaard (= instelling van A7.6) /
Automatisch (= kalibratie met de huidige weerstand)
Niet geldig voor CAP (capacitief)!
Niet
Niet
Niet
Referentie waarde voor "on-site" kalibratie; bereik: 1,000...50000 μS/cm
Deze meting met de PF optie (gedeeltelijk gevuld) wordt alleen gebruikt voor
detecteren lege pijpleiding (C1.1.10).
Voor berekening van de geleidbaarheid gebaseerd op de elektrode impedantie
(C1.1.11).
Selecteer: Afbreken (terug met ^ toets) / Standaard (fabrieksinstelling) /
Handmatig (stel gewenste waarde in) / Automatisch (bepaalt EF overeenkomstig
met de instelling in A7.8 of C1.1.10)
Deze meting met de optie CAP (capacitief) en PF (gedeeltelijk gevuld) wordt alleen
gebruikt voor detecteren lege pijpleiding (C1.1.10).
Instelling zoals op typeplaat van flowsensor = netfrequentie x waarde (uit de
volgende lijst): 2; 4/3; 2/3; 1/2; 1/4; 1/6; 1/8; 1/12; 1/18; 1/36; 1/50
Definieert de polariteit van de flowrichting.
Selecteer: normal direction (normale richting) (volgens de pijl op de flowsensor) /
reverse direction (omgekeerde richting) (tegen de pijlrichting in)
www.krohne.com
IFC 300
10/2021 - 4004979602 - MA IFC 300 R05 nl