Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Op De Voedingsspanning Aansluiten; Aansluiting Voorbereiden; Aansluitstappen - KROHNE SU 501 Ex Handboek

Inhoudsopgave

Advertenties

Veiligheidsinstructies
aanhouden
Veiligheidsinstruc-
ties voor Ex-toepas-
singen aanhouden
Voedingsspanning
Verbindingskabel
Kabelafscherming en
aarding
Aansluitkabel voor
Ex-toepassingen
SU 501 Ex • Meetversterker
5

Op de voedingsspanning aansluiten

5.1

Aansluiting voorbereiden

Let altijd op de volgende veiligheidsinstructies:
Alleen in spanningsloze toestand aansluiten
Indien overspanningen kunnen worden verwacht, moeten over-
spanningsbeveiligingen worden geïnstalleerd.
In explosiegevaarlijke omgevingen moeten de geldende voorschrif-
ten, de conformiteits- en typebeproevingscertificaten van de senso-
ren en de voedingen worden aangehouden.
De voedingsspanning kan 20 ... 250 V AC, 50/60 Hz of 20 ... 72 V DC
bedragen.
De voedingsspanning van de SU 501 Ex wordt aangesloten met
standaard kabel conform de nationale installatienormen.
De sensoren worden met standaard 2-aderige kabel zonder afscher-
ming aangesloten. Indien elektromagnetische instrooiingen worden
verwacht, die boven de testwaarden van de EN 61326 voor industrie-
le omgeving liggen, moet afgeschermde kabel worden gebruikt.
Gebruik kabels met ronde doorsnede. Een kabelbuitendiameter van
5 ... 9 mm zorgt voor een goede afdichtende werking in de kabelwar-
tel. Wanneer u kabel met een andere diameter of doorsnede gebruikt,
vervang dan de afdichting of gebruik een geschikt kabelwartel.
Leg de kabelafscherming aan beide zijden op het aardpotentiaal. In
de sensor moet de afscherming direct op de interne aardklem worden
aangesloten. De externe aardklem op de sensorbehuizing moet
laagohmig met de potentiaalvereffening zijn verbonden.
Indien potentiaalvereffeningsstromen kunnen worden verwacht, moet
de afschermingsverbinding bij de SU 501 Ex via een keramische
condensator (bijv. 1 nF, 1500 V) worden gerealiseerd. De laagfre-
quente potentiaalvereffeningsstromen worden nu onderdrukt, de
beschermende werking tegen hoogfrequentie stoorsignalen blijft
echter behouden.
Bij Ex-toepassingen moeten de bijbehorende installatievoorschriften
worden aangehouden. Vooral moet worden gewaarborgd, dat er geen
potentiaalvereffeningsstromen via de kabelafscherming ontstaan. Dit
kan worden gerealiseerd bij aarding aan beide zijden door toepassing
van een condensator of via een separate potentiaalvereffening.
5.2

Aansluitstappen

Ga bij de elektrische aansluiting als volgt te werk:
1. Klemsokkel zonder SU 501 Ex op de draagrail klikken
2. Sensorkabel op klem 1 en 2 aansluiten, eventueel afscherming
aansluiten.
3. Spanningsloos geschakelde voeding op klem 9 en 10 aansluiten.
5 Op de voedingsspanning aansluiten
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave