Inhoudsopgave
Advertenties
4 Montage en aansluiting
4.2 Aanwijzingen bij de montage
4 2 1 A ge ee
– Let op of de verpakking niet is bescha-
digd. Elke verpakkingsschade kan de
oorzaak zijn van een latere storing.
– Om de uitwisseling van lucht te waarbor-
gen, is het noodzakelijk een ventilator en
ventilatierooster aan een behuizing te
monteren.
p er i g
Het ventilatierooster dient
tenminste dezelfde afmetingen
te hebben als de ventilator.
– De behuizing dient aan alle zijden te zijn
afgedicht (IP 54). Bij ondichte behuizin-
gen kan er, afhankelijk van de luchtstro-
mingsrichting van de ventilator, ongefil-
terde en verontreinigde lucht in de be-
huizing terechtkomen.
– Bij verticale koppeling van de ventilator
dient een minimale afstand van 15 mm
(van boorsjabloon tot boorsjabloon) te
worden aangehouden. Alleen zo is een
probleemloos openen van de ventilatie-
roosters gegarandeerd.
4 2 2
pb uw va de e e tr
c
p
e te i de behui i g
Let op de luchtstroom van de ventilatoren
van de elektronicacomponenten. Bij de in-
stallatie dient erop te worden gelet dat de
luchtstromen van de ventilator en de elek-
tronicacomponenten elkaar niet beïnvloe-
den (luchtkortsluiting). De betreffende mi-
nimumafstanden tussen ventilator en com-
ponent dienen te worden aangehouden,
zodat een ongehinderde luchtcirculatie is
gewaarborgd.
4.3 EC-ventilator resp. ventilatie-
rooster monteren
De ventilator resp. het ventilatierooster
wordt aan een vlak verticaal deel van de
behuizing gemonteerd:
Hiertoe dient u overeenkomstig het mee-
geleverde boorsjabloon een uitsparing
6
in de deur, zij- of achterwand aan te
brengen.
De ventilator wordt doorgaans in het on-
derste deel van de behuizing gemonteerd
en het ventilatierooster het bovenste deel
van de behuizing.
4 3 1 Uitspari g i de behui i g
aa bre ge
Plak de meegeleverde zelfklevende
boorsjabloon op de hiervoor bestemde
plek op de deur, zij- of achterwand van
de behuizing.
Op het boorsjabloon zijn maatlijnen aange-
bracht t.b.v. de uitsparing en noodzakelij-
ke boringen voor de montage en bevesti-
ging van uw ventilator (alleen noodzakelijk
bij een plaatdikte > 2,5 mm). Zie ook afb. 8
en afb. 9, op pagina 16.
Breng de uitsparingen inclusief de lijn-
breedte volgens de boorsjabloon aan.
Verwijder de scherpe randen van de
ische
uitsparingen.
4 3 2 EC ve ti at r
– De ventilator kan zonder gereedschap
worden gemonteerd door deze eenvou-
dig in de voorgeconfectioneerde monta-
ge-uitsparing vast te klikken.
– Let op een goed inhaken van de ver-
grendelingen om zeker te zijn van een
goede bevestiging.
– Vanaf een plaatdikte van > 2 mm die-
nen de vergrendelingen individueel te
worden ingedrukt.
– Vanaf een plaatdikte van > 2,5 mm is
het extra vastschroeven van de EC-
ventilator vereist.
– Om de onderste gaten aan te brengen,
dient het ventilatierooster te worden ver-
wijderd zoals aangegeven in afb. 2.
Montage- en bedieningshandleiding Rittal EC-ventilator
etse gevaar!
Verwi der
rgvu dig a e
scherpe ra de va de
uitspari ge
etse te
v
r
e
tere
Advertenties
Inhoudsopgave
