Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Advertenties

p r o
e
q
u
i
p
m
e
n
t
Gebruiksaanwijziging
GR 2000 i
CE
www.contimac.be

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Contimac GR 2000 i

  • Pagina 1 Gebruiksaanwijziging GR 2000 i www.contimac.be...
  • Pagina 2 Bedankt dat u een aggregaat van ons bedrijf heeft gekozen. Deze handleiding bevat informatie over het aggregaat. Lees de handleiding goed door voor u gebruik maakt van het aggregaat. Veilig en correct gebruik helpt u de beste resultaten te realiseren. Alle informatie in deze uitgave is gebaseerd op de meest recente productinformatie die ten tijde van de druk beschikbaar is.
  • Pagina 3: Veiligheidsmededelingen

    VEILIGHEIDSMEDEDELINGEN De veiligheid van uzelf en anderen zijn zeer belangrijk. In deze handleiding en op het aggregaat geven we belangrijke veiligheidsmededelingen. Lees deze mededelingen zorgvuldig. Een veiligheidsmededeling wijst u op mogelijke gevaren die schadelijk kunnen zijn voor uzelf of anderen. Iedere veiligheidsmededeling wordt vooraf gegaan door een het waarschuwingssymbool en een van de deze drie woorden: DANGER (gevaar), WARNING (waarschuwing), of...
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    INHOUD VEILIGHEIDSMEDEDELINGEN ..............2 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE ..............5 2. LOCATIE VAN BELANGRIJKE LABELS ..........9 3. BESCHRIJVING..................10 3.1 Bedieningspaneel................11 4. CONTROLEFUNCTIE ................12 4.1 3 in 1 schakelknop ................12 4.2 Olie waarschuwingslamp (rood) ............12 4.3 Indicatielamp voor overbelasting (rood) ...........
  • Pagina 5 7. ONDERHOUD..................27 7.1 Bougie-inspectie................29 7.2 Carburatoraanpassing............... 30 7.3 Motorolievervanging................ 30 7.4 Luchtfilter ..................31 7.5 Geluiddemper en vonkenvanger ............32 7.6 Brandstoftankfilter ................33 7.7 Brandstoffilter ..................33 8. OPSLAG....................34 8.1 Tap de brandstof af................34 8.2 Motor.
  • Pagina 6: Veiligheidsinformatie

    1. VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees en begrijp deze gebruikershandleiding alvorens u de generator in gebruik neemt. Het zal u helpen om ongelukken te voorkomen als u vertrouwd raakt met de procedures voor veilig gebruik van uw generator. Gebruik het nooit binnenshuis Gebruik het aggregaat niet in een natte omgeving.
  • Pagina 7 Houd het minstens 1m verwijderd Rook niet tijdens toevoegen van ontvlambare stoffen van brandstof. Voeg niet te veel brandstof toe. Schakel de motor uit voor u brandstof toevoegt.
  • Pagina 8 Aansluitingen op een Home Power Supply Indien de generator als stand-by op een thuisstroomvoorziening moet worden aangesloten, moet de aansluiting worden uitgevoerd door een professionele elektricien of door een andere vakbekwaam persoon. Wanneer de belastingen op de generator worden aangesloten, dient u zorgvuldig te controleren of de elektrische aansluitingen veilig en betrouwbaar zijn.
  • Pagina 9 Aarding van de generator Om elektrische schokken als gevolg van slecht werkende elektrische apparaten of verkeerd gebruik van elektriciteit te voorkomen, moet de generator worden geaard met een kwalitatief goede geïsoleerde geleider. aarding Zorg ervoor dat het bedieningspaneel, het ventilatierooster en de omvormer aan de onderzijde goed gekoeld zijn en dat er geen spanen, modder of water kan binnenkomen.
  • Pagina 10: Locatie Van Belangrijke Labels

    2. LOCATIE VAN BELANGRIJKE LABELS Lees de volgende labels aandachtig voor u deze machine in gebruik neemt. TIP : Onderhoud of vervang de veiligheids- en instructielabels, indien nodig.
  • Pagina 11: Beschrijving

    3. BESCHRIJVING ① Handgreep ② Ontluchtingsknop van de brandstoftankdop ③ Brandstoftankdop ④ Bedieningspaneel ⑤ Trekstarter ⑥ Olievuldop ⑦ Ventilatierooster ⑧ Uitlaat ⑨ Onderhoudsdeksel bougies 10 -...
  • Pagina 12: Bedieningspaneel

    3.1 Bedieningspaneel ① Oliewaarschuwingslampje ② Overbelastingsindicatielampje ③ AC-indicatielampje ④ ESC (Engine Smart Control) ⑤ 3 in 1 schakelknop (inclusief start-/stopschakelaar en choke) ⑥ AC-stopcontact ⑦ DC-stopcontact ⑧ Aarding ⑨ DC-beveiliging 11 -...
  • Pagina 13: Controlefunctie

    4. CONTROLEFUNCTIE 4.1 3 in 1 schakelknop ① Motorschakelaar brandstofklep " UIT"; Ontstekingscircuit is uitgeschakeld. Brandstof is uitgeschakeld. De motor wil niet draaien. ② Motorschakelaar, smoorspoel " ON"; Ontstekingscircuit is ingeschakeld. Brandstof is ingeschakeld. Choke is ingeschakeld. De motor kan draaien. ③...
  • Pagina 14: Indicatielamp Voor Overbelasting (Rood)

    4.3 Indicatielamp voor overbelasting (rood) ① Het overbelastingcontrolelampje ① gaat branden wanneer een overbelasting van een aangesloten elektrisch apparaat wordt gedetecteerd, de regelaar van de omvormer oververhit raakt of de AC-uitgangsspanning stijgt. Dan zal de AC-beschermer inschakelen en de stroomopwekking stoppen om de generator en eventuele aangesloten elektrische apparaten te beschermen.
  • Pagina 15: Dc-Beschermer

    4.5 DC-beschermer De DC-beschermer gaat automatisch naar "OFF" ② wanneer een elektrisch apparaat dat is aangesloten op de generator in werking is en de stroom boven de nominale stroomsterkte ligt. Om dit apparaat weer te gebruiken, zet u de DC-beschermer aan door de knop op "ON" te drukken ①.
  • Pagina 16: Brandstoftankdop

    4.7 Brandstoftankdop Verwijder de tankdop door deze tegen de klok in te draaien. 4.8 Ontluchtingsknop van de brandstoftankdop De tankdop ② is voorzien van een ontluchtingsknop om de brandstoftoevoer naar ① te stoppen. De ontluchtingsknop moet op "ON" worden gezet. Als de motor niet wordt gebruikt, zet u de ontluchtingsknop op "OFF"...
  • Pagina 17: Grondterminal

    5. VOORBEREIDING 5.1 Brandstof • Brandstof is licht ontvlambaar en giftig. Controleer eerst de vooraleer brandstof bij te vullen. "VEILIGHEIDSINFORMATIE” • Vul de brandstoftank niet te veel, anders kan deze overstromen als de brandstof opwarmt en uitzet. • Controleer na het vullen van de brandstof of de tankdop goed vastzit.
  • Pagina 18 5.2 Motorolie De generator wordt zonder motorolie geleverd. Start de motor pas als deze met voldoende motorolie is gevuld. 1. Plaats de generator op een vlakke ondergrond. 2. Schroef de knop (1) open en verwijder de beschermklep (2) 3. Schroef de olievuldop (3) eruit, steek vervolgens de trechterpijp in de gietopening en gebruik de trechter om de aangegeven hoeveelheid olie toe te voegen.
  • Pagina 19: Motorolie

    5.3 PRE-OPERATIONELE CONTROLE Als een onderdeel van de Pre-operation check niet goed werkt, laat het dan nakijken en herstellen voordat u de generator in gebruik neemt. De staat van een generator is de verantwoordelijkheid van de eigenaar. Vitale onderdelen kunnen snel en onverwacht gaan bederven, zelfs als de generator niet wordt gebruikt.
  • Pagina 20: Werking

    6. WERKING • Gebruik de motor nooit in een gesloten ruimte (het kan bewusteloosheid en zelfs tot de dood leiden). Bedien de motor in een goed geventileerde ruimte. • Sluit geen elektrische apparaten aan voordat u de motor start. • De generator wordt zonder motorolie geleverd. Start de motor pas als deze met voldoende motorolie is gevuld.
  • Pagina 21: Starten Van De Motor

    6.1 Starten van de motor 1. Zet de ESC-schakelaar op "OFF" ①. 2. Draai de ontluchtingsknop op "ON" ② . 3. Zet de 3 in 1 schakelaar op " CHOKE" . a. Ontstekingscircuit is ingeschakeld. b. Brandstof is ingeschakeld. c. Choke is ingeschakeld TIP: De choke is niet nodig om een warme motor te starten.
  • Pagina 22: Het Stoppen Van De Motor

    • Bij een omgevingstemperatuur onder 0 ℃ (32℉) zal de motor 5 minuten lang op de nominale t/min (4500r/min) draaien om de motor op te warmen. • In een omgevingstemperatuur onder 5℃ (41℉), zal de motor bij de nominale t/min (4500r/min) 3 minuten lopen om de motor op te warmen. •...
  • Pagina 23: Wisselstroom (Ac) Aansluiting

    6.3 Wisselstroom (AC) aansluiting Zorg ervoor dat alle elektrische apparaten zijn uitgeschakeld voordat u ze aansluit. • Zorg ervoor dat alle elektrische apparaten, inclusief de leidingen en de stekkeraansluitingen in goede staat zijn voor u de generator aansluit. • Zorg ervoor dat de totale belasting binnen het nominale vermogen van de generator ligt.
  • Pagina 24: Opladen Van De Batterij

    6.4 Opladen van de batterij TIP: • De nominale spanning van de generator is 12V. • Start eerst de motor en sluit dan de generator aan op de accu voor het opladen. • Voordat u de batterij begint op te laden, moet u ervoor zorgen dat de DC-beschermer is ingeschakeld.
  • Pagina 25 • Meet het soortelijk gewicht van de elektrolyt om te bepalen of de batterij volledig is geladen. Bij volledige oplading ligt het soortelijk gewicht van het elektrolyt tussen 1,26 en 1,28. • Het is raadzaam om het niveau van de elektrolyt ten minste één keer per uur na te kijken om overbelasting van de accu te voorkomen.
  • Pagina 26: Toepassingsbereik

    6.5 Toepassingsbereik Wanneer u de generator gebruikt, moet u ervoor zorgen dat de totale belasting binnen het nominale vermogen van een generator ligt. Anders kan er schade aan de generator ontstaan. 0.4-0.75 0.8-0.95 Vermogens- (Efficiëntie 0,85) factor ≤1,800W ≤1,440W ≤720W Nominaal Nominale spanning uitgangs-...
  • Pagina 27 • Niet overbelasten. De totale belasting van alle elektrische apparaten mag het vermogen van de generator niet overschrijden. Zoniet zal de generator overbelast geraken. • Hou de generator op voldoende afstand om elektrische storingen van de motor te voorkomen bij gebruik van precisie-apparatuur, elektronische controllers, PC's, elektronische computers, apparatuur op basis van microcomputers of acculaders,.
  • Pagina 28: Onderhoud

    7. ONDERHOUD De motor moet goed worden onderhouden om ervoor te zorgen dat hij veilig, zuinig en probleemloos werkt en ook milieuvriendelijk is. Om uw benzinemotor in goede conditie te houden, moet deze periodiek worden onderhouden. Het volgende onderhoudsschema en de routine- inspectieprocedures moeten zorgvuldig worden gevolgd: Daarna om de 3 maand of 1...
  • Pagina 29 • Als de benzinemotor vaak onder hoge temperatuur of zware belasting werkt, ververs dan elke 25 uur de olie. • Als de motor vaak onder stoffige of andere zware omstandigheden werkt, reinig dan het luchtfilterelement om de 10 uur of vervang het luchtfilterelement indien nodig om de 25 uur.
  • Pagina 30: Bougie-Inspectie

    7.1 Bougie-inspectie De bougie is een belangrijk onderdeel van de motor en moet regelmatig 1. Verwijder de beschermingskap ① en de bougiekap ②, plaats de worden gecontroleerd. door het gat van de buitenkant van het deksel. bougiesleutel 2. Steek de draaihendel ③ in de bougiesleutel ④ en draai het tegen de klok in om de bougie te verwijderen.
  • Pagina 31: Carburatoraanpassing

    7.2 Carburatoraanpassing De carburator is een essentieel onderdeel van de motor. Het afstellen moet worden overgelaten aan onze geautoriseerde dealer met de professionele kennis. 7.3 Vervanging van motorolie (zie 5.2) Vermijd het aftappen van de motorolie direct na het stoppen van de motor. De olie is heet en moet voorzichtig worden behandeld om brandwonden te voorkomen.
  • Pagina 32: Luchtfilter

    Zorg ervoor dat er geen vreemd materiaal in het carter komt. 8. Draai de olievuldop vast. 9. Monteer het deksel en draai de schroeven vast. 7.4 Luchtfilter 1. Verwijder de schroeven ① en verwijder vervolgens het deksel ②. 2. Verwijder de schroef ③ en verwijder vervolgens het deksel van de luchtfilterkast ④.
  • Pagina 33: Geluiddemper En Vonkenvanger

    7.5 Geluiddemper en vonkenvanger De motor en de uitlaat zullen na het draaien van de motor zeer heet zijn. Raak de motor en de geluiddemper niet aan terwijl ze nog warm zijn met een deel van uw lichaam of kleding tijdens de inspectie of reparatie.
  • Pagina 34: Brandstoftankfilter

    7.6 Brandstoftankfilter Gebruik de benzine nooit tijdens het roken of in de buurt van een open vuur. 1. Verwijder de tankdop en het filter. 2. Maak het filter schoon met benzine. 3. Veeg het filter af en installeer het. 4. Installeer de tankdop. Zorg ervoor dat de tankdop goed vastzit.
  • Pagina 35: Opslag

    8. OPSLAG Voor langdurige opslag van uw machine zijn enkele preventieve procedures nodig om te voorkomen dat deze verouderd of beschadigd raakt. 8.1 Tap de brandstof af 1. Zet de 3 in 1 schakelaar op "OFF" . 2. Verwijder de tankdop, verwijder het filter. Trek de brandstof uit de brandstoftank in een gekeurde benzinetank.
  • Pagina 36: Motor

    5. Tap de brandstof af van de carburator door de aftapschroef van de carburatorkamer los te draaien. 6. Zet de 3 in 1 schakelaar op "OFF". 7. Draai de aftapschroef vast. 8. Monteer het deksel en draai de schroeven vast. 9.
  • Pagina 37: Het Oplossen Van Problemen

    9. HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN 9.1 De motor wil niet starten 1. Brandstofsystemen Er wordt geen brandstof geleverd aan de verbrandingskamer. ○ Geen brandstof in de tank...Vul met benzine ○ Brandstof in de tank...Zet de ontluchtingsknop op de tankdop van de brandstofkraan op "ON".
  • Pagina 38: Specificaties

    10. SPECIFICATIES Modelnummer. Type Stille omvormer Nominale frequentie (Hz) Nominale spanning (V) 110/120/220/230 Nominaal uitgangsvermogen (kW) Vermogensfactor AC-uitvoerkwaliteit ISO8528 G2 Generator Laadspanning (DC) (V) Laadstroom (DC) (A) Overload Protect (DC) Zekeringsvrije bescherming R80-i Motor Enkele cilinder, 4-takt, Type motor geforceerde luchtkoeling, kopklep Verplaatsing (cc) 79.7...
  • Pagina 39: Bedradingsschema

    Aansluitschema...

Inhoudsopgave