Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Locaties Opslaan; Een Locatie Opslaan; Uw Huidige Locatie Opslaan; Een Opgeslagen Locatie Bewerken - Garmin DRIVESMAR 51 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Locaties opslaan

Een locatie opslaan

1
Zoek naar een locatie
(Een locatie zoeken op categorie,
pagina
7).
2
Selecteer een locatie in de zoekresultaten.
3
Selecteer
.
4
Selecteer
> Sla op.
5
Voer, indien nodig, een naam in en selecteer OK.

Uw huidige locatie opslaan

1
Selecteer het voertuigpictogram op de kaart.
2
Selecteer Sla op.
3
Voer een naam in en selecteer OK.
4
Selecteer OK.

Een opgeslagen locatie bewerken

1
Selecteer Waarheen? > Opgeslagen.
2
Selecteer indien nodig een categorie.
3
Selecteer een locatie.
4
Selecteer
.
5
Selecteer
> Bewerk.
6
Selecteer een optie:
• Selecteer Naam.
• Selecteer Telefoonnummer.
• Selecteer Categorieën om categorieën aan de
opgeslagen locatie toe te wijzen.
• Selecteer Wijzig kaartsymbool om het symbool te
wijzigen waarmee de opgeslagen locatie op de kaart
wordt gemarkeerd.
7
Wijzig de informatie.
8
Selecteer OK.
Categorieën aan een opgeslagen locatie toewijzen
U kunt uw eigen categorieën toevoegen om uw opgeslagen
locaties te ordenen.
OPMERKING: Categorieën worden in het menu met
opgeslagen locaties weergegeven nadat u ten minste 12
locaties hebt opgeslagen.
1
Selecteer Waarheen? > Opgeslagen.
2
Selecteer een locatie.
3
Selecteer
.
4
Selecteer
> Bewerk > Categorieën.
5
Voer een of meer categorienamen in, van elkaar gescheiden
met een komma.
6
Selecteer indien nodig een voorgestelde categorie.
7
Selecteer OK.

Een opgeslagen locatie verwijderen

OPMERKING: Verwijderde locaties kunnen niet worden
teruggezet.
1
Selecteer Waarheen? > Opgeslagen.
2
Selecteer
> Wis favoriet(en).
3
Selecteer het vak naast de opgeslagen locaties die u wilt
wissen en selecteer Wis.

De kaart gebruiken

U kunt de kaart gebruiken om een route te volgen
de kaart, pagina
3) of om uw directe omgeving te bekijken, als
er geen route actief is.
1
Selecteer Bekijk kaart.
10
2
Selecteer een willekeurig punt op de kaart.
3
Selecteer een optie:
• Versleep de kaart om naar links en naar rechts of naar
boven en naar beneden over de kaart te bewegen.
• Selecteer
• Selecteer
3D-weergave.
• Als u de weergegeven nuttige punten op categorie wilt
filteren, selecteert u
• Als u een route wilt starten, selecteert u een locatie op de
kaart en vervolgens Ga!
pagina

Kaartfuncties

Kaartfuncties bieden snel toegang tot informatie en
toestelfuncties, terwijl u op de kaart kijkt. Wanneer u een
kaartfunctie activeert, wordt deze weergegeven in een paneel
aan de rand van de kaart.
Stop: Stopt de navigatie van de actieve route.
Wijzig route: Biedt u de mogelijkheid om een omweg te maken
of locaties op uw route over te slaan.
Verderop: Geeft naderende locaties op de route of de weg
waarop u rijdt weer
Koerswijzigingen: Geeft een lijst van naderende afslagen op
uw route weer
pagina
Reisgegevens: Geeft aanpasbare reisgegevens weer, zoals
snelheid of afstand
pagina
Volume: Hiermee kunt u het geluidsvolume regelen.
Helderheid: Hiermee kunt u de helderheid van het scherm
aanpassen.
Telefoon: Geeft een lijst weer van recente telefoonoproepen
vanaf uw verbonden telefoon, plus opties die u kunt kiezen
tijdens een telefoongesprek
pagina
LiveTrack: Hiermee kunt u delen via LiveTrack starten en
stoppen
Verkeersinfo: Geeft informatie over verkeerssituaties op uw
route of in uw gebied weer
weergeven, pagina
Weer: Geeft informatie over de weersomstandigheden in uw
gebied weer.
photoLive: Geeft live verkeerscamera's van uw photoLive
abonnement weer
pagina
Meld flitser: Hiermee kunt u een flitser of roodlichtcamera
melden. Deze functie is alleen beschikbaar als er
flitspaalinformatie op uw toestel aanwezig is en u een actieve
verbinding met de Smartphone Link app
telefoon en verbinding maken met Smartphone Link,
pagina

Een kaartfunctie weergeven

1
Selecteer
2
Selecteer een kaartfunctie.
De kaartfunctie wordt weergegeven in een paneel aan de
rand van de kaart.
3
Als u klaar bent met de kaartfunctie, selecteert u

Kaartfuncties inschakelen

(Uw route op
Standaard zijn in het kaartfunctiemenu alleen de meest
gebruikte kaartfuncties ingeschakeld. U kunt maximaal 12
functies toevoegen aan het menu.
1
Selecteer
of
als u wilt inzoomen of uitzoomen.
als u wilt schakelen tussen Noord boven en
.
(Een route starten op de kaart,
3).
(Verderop, pagina
(Afslagen en richtingaanwijzingen bekijken,
4).
(Reisgegevens op de kaart weergeven,
11).
(De gespreksopties gebruiken,
14).
(LiveTrack, pagina
17).
(Verkeersproblemen op uw route
11).
(photoLive verkeerscamera's,
19).
12).
op de kaart.
>
op de kaart.
11).
(Koppelen met uw
.
De kaart gebruiken

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Drivesmar 61Drivesmart 51Drivesmart 61Drivesmart 7

Inhoudsopgave