Repareren
Hermontage
1. Indien de kogelgeleider (9) werd verwijderd, plaatst
u de vlakke zijden van de zuigerstang (1) in een
bankschroef. Breng smeermiddel tegen vastlopen
222955 aan op de schroefdraad en de
corresponderende oppervlakken van de stang en de
kogelgeleider. Schroef de kogelgeleider handvast
op de stang. Verwijder het geheel uit de bankschroef.
Zie A
. 1.
FB
2. Breng de zuigerpakkingen (P) in de correcte
volgorde voor uw onderpomp aan op de zuiger (12),
zie Reparatiesets, pagina 16-20. Plaats de
v-pakkingen een voor een met de lippen naar boven.
Zie pagina's 16-20 als u de onderpomp wilt
ombouwen voor andere pakkingen.
Er zijn bijkomende onderhoudshulpmiddelen
verkrijgbaar die over het uiteinde van de
zuigerstang passen, waardoor een bahcosleutel
van 24 in. of een dopsleutel van 3/4 in.
gemakkelijker kan worden gebruikt wanneer u de
stang en de zuiger demonteert/monteert.
•
Bestel voor Dura-Flo 1800-onderpompen
(430 cc) onderdeelnr. 109507 Gereedschap.
•
Bestel voor Dura-Flo 2400-onderpompen
(580 cc) onderdeelnr. 109508 Gereedschap.
3. Breng smeermiddel tegen vastlopen 222955
aan op de schroefdraad en de corresponderende
oppervlakken van de kogelgeleider (9) en het huis
van de zuigerzitting (12). Plaats de vlakke zijden van
de behuizing van de zuigerzitting in een bankschroef.
Plaats de kogel (10) op de zuigerzitting. Schroef
de gemonteerde stang (1) en de kogelgeleider (9)
handvast op de zuiger en haal daarna aan met
459-481 N•m (338-354 ft-lb).
OPGELET
Plaats de cilinder eerst op een zachthouten blok om
de kans op kostbare schade aan de stang (1) en de
cilinder (7) te verminderen. Gebruik altijd een
rubberen hamer of een hoofdaspers om de stang (1)
in de cilinder (7) te duwen. Gebruik nooit een gewone
hamer om de stang eruit te tikken.
4. Gebruik een hoofdaspers om de stang (1) opnieuw in
de cilinder (7) te plaatsen, als volgt. (De cilinder is
symmetrisch, dus het maakt niet uit welk uiteinde
naar boven gericht zit.) Smeer de zuigerpakkingen
(P). Laat de stang in de cilinder zakken met het
zuigeruiteinde naar beneden. Breng de zuiger zo ver
mogelijk in de cilinder. Breng vervolgens de stang en
de zuiger verder in de cilinder met de hoofdaspers.
8
5. Smeer de O-ring (27*) en de dichting (6*).
Breng de O-ring aan op het huis van de inlaatzitting
(15). Installeer het huis van de inlaatzitting (15),
de inlaatkogel (16), de kogelgeleider (14) en
de dichting (6*) in het inlaathuis (17). Plaats
het inlaathuis geheel in de bankschroef.
6. Plaats de cilinder (7) op het inlaathuis (17).
Tik met een rubberen hamer op de bovenzijde
van de zuigerstang (1) om de cilinder op zijn plaats
te zetten.
7. Smeer de halspakkingen (T). Breng de
halspakkingen (T) in de correcte volgorde voor
uw onderpomp aan in de uitlaatbehuizing (19),
zie Reparatiesets, pagina's 16-20. Plaats de
v-pakkingen een voor een met de lippen naar
beneden.
Zie pagina's 16-20 als u de onderpomp wilt
ombouwen voor andere pakkingen.
8. Smeer het schroefdraad van de pakkingmoer (3)
en installeer hem losjes in het uitlaathuis (19).
9. Smeer de dichting (6*) en installeer hem onder in
het uitlaathuis (19). Plaats het uitlaathuis boven op
de cilinder (7). Breng draadsmeermiddel aan op de
zes lange tapbouten (20). Steek de tapbouten door
het uitlaathuis (19) en schroef ze losjes met de hand
in het inlaathuis (17). Draai de kolomschroeven
parallel en gelijkmatig aan. Draai vervolgens aan
tot 244-264 N•m (180-195 ft-lb).
10. Plaats de plug van het ontluchtingsventiel (35).
De plug heeft twee verschillende schroefdraden.
Schroef de plug volledig in het ventielhuis (34).
Draai de plug aan met een koppel van 30-38 N•m
(22-28 ft-lb).
Normaliter hoeft u de uitlaatfitting (4) en de O-ring
(5*) niet te verwijderen. Als ze echter werden
vervangen omdat ze beschadigd waren, moet
u de O-ring smeren en hem op de fitting plaatsen.
Schroef de fitting in het uitlaathuis (19).
Draai vast met 156-171 N•m (115-126 ft-lb).
11. Koppel de onderpomp weer op de motor zoals staat
uitgelegd in uw afzonderlijke pomphandleiding.
312595L