Inhoudsopgave
Advertenties
4.6 Bevestig het koppelstuk aan de buismotor
De volgende voorwaarden en uitgangspunten zijn van toepassing.
• Gebruik blindklinknagels om het koppelstuk (16) (voor een wikkelbuis ø50 mm) aan de buis (1.1)
te bevestigen. Gebruik minimaal 4 blindklinknagels (18) met een minimale diameter van 5 mm.
Voer de volgende procedure uit.
1. Plaats het koppelstuk (16) in de buis (1.1) van de buismotor (1). Zorg dat de afstand in de buis
voldoende is om de gaten (d) correct te boren in het koppelstuk (16) en de buizen (1.1/17). Voor
de vier aanbevolen boorposities (d) zie afbeeldingen 4.6.1/D-D. Boor alleen in het toegestane
deel vanaf het open einde van de buis (1.1). Opmerking: Boor de gaten voor de wikkelbuis (17)
in §4.7.
2. Boor één van de gaten voor de blindklinknagels (18) in de buis (1.1) en koppelstuk (16)
(minimaal ø5,2 mm bij gebruik van ø5 mm blindklinknagels).
3. Bevestig de blindklinknagel (18) met een blindklinknageltang.
4. Boor de gaten voor de andere drie blindklinknagels (18).
5. Bevestig de andere drie blindklinknagels (18) met de blindklinknageltang.
6. Plaats de wikkelbuis (17) op het koppelstuk (16) op een kleine afstand van de buismotor. Deze
afstand is tijdelijk nodig wanneer de pees (20.1) door de wikkelbuis (17) wordt getrokken. Zie
stap 2 van §4.7.
D-D
550037 (P20)
Boor niet in de buismotor meer dan 120 mm* vanaf het open einde.
*Voor de buismotor 550039 is dit 194 mm.
Zorg dat de verbindingen tussen wikkelbuis en buismotor sterk
genoeg zijn voor het geleverde aandrijfmoment.
Zorg dat de verbindingen tussen wikkelbuis en buismotor zo egaal
Dit is belangrijk voor het schermdoek.
T +31 (0)341 416 854 F +31 (0)341 416 611 I www.ridder.com
mogelijk worden bevestigd.
B
B
Ridder Drive Systems
19
25
75
*550039:
<194 mm
<120*
4.6.1
Advertenties
Inhoudsopgave
