Inhoudsopgave
Advertenties
BMC 1024
8.2.7
Tijd en datum instellen - functie 131
Deze functie is bedoeld voor de instelling resp. correctie van de tijd, de datum en de handmatige
zomertijdomschakeling.
De invoervelden voor de tijd en de datum kunnen door het bedienen van de "pijltoetsen ↑↓" worden benaderd.
Na invoer resp. wijziging van de datum wordt de actuele weekdag automatisch weergegeven.
Bij een automatische omschakeling van winter- naar zomertijd wordt de omschakeling uitgevoerd conform de
Europese norm, telkens op de laatste zondag in maart. Van zomer- naar wintertijd wordt omgeschakeld op de
laatste zondag van oktober.
Alle instellingen worden met de "Enter"-toets bevestigd. Door driemaal indrukken van de 'esc'-toets wordt de
bediening verlaten en verschijnt het basismenu.
8.2.8
Systeemtijden - functie 132
Tijdsynchronisatie
bijbehorende bedienings- en bediendelen met een gelijke systeemtijd te gebruiken. Daarbij wordt aan
een brandmeldcentrale de synchronisatiefunctie toegekend (door opgave van het tijdsinterval 1-24 uur).
De overige brandmeldcentrales, d.w.z. die computers, waarbij geen tijdsintervallen zijn ingesteld (00),
ontvangen dan met de ingestelde tussenpozen de systeemtijd van de brandmeldcentrale die is
geprogrammeerd voor de synchronisatie.
Instructies voor de beheerder: Het bediendeel en de centrale computer van de brandmeldcentrale
beschikken ieder over een eigen klokmodule. Om deze beide componenten te synchroniseren, moet bij
de inbedrijfname de tijdsynchronisatie op het bediendeel worden ingeschakeld.
Netuitvaltijd
De netuitvaltijd geeft aan, hoe lang een herkende net- of accustoring moet worden onderdrukt,
tot deze wordt weergegeven en eventueel wordt verder gemeld. In geval van netuitval kan deze
storingsmelding een vertraging 0 - 250 minuten oplopen.
8.2.9
Parametreren op afstand (in voorbereiding) - functie 14
Met deze functie kan de BMC worden vrijgegeven voor parametreren op afstand. Binnen de geprogrammeerde
vrijgavetijd kan de beheerder eenmalig via het telefoonnet de BMC benaderen, teneinde programmeringen te
kunnen uitvoeren.
8.2.10
Code beheerder - functie 151
Via deze functie kan de 6-cijferige code voor de beheerder worden gewijzigd.
Bij de eerste inbedrijfname worden alle vier mogelijke codes (nummer van de beheerdercodes 1 t/m 4)
vooringesteld met de waarde 012345. Deze codes kunnen door de beheerder afzonderlijk worden gewijzigd, om
manipulatie te voorkomen.
Dit menu is alleen toegankelijk, wanneer:
Lobeco Beveiligingen
Deze functie maakt het mogelijk om meerdere brandmeldcentrales plus de
Nummer beheerdercode Code
1
2
3
4
-men via een beheerdercode is aangemeld op de BMC.
-resp. er geen toegangscode nodig is.
Pagina 23 van 32
XXXXXX
XXXXXX
XXXXXX
XXXXXX
NP1020_01
Advertenties
Inhoudsopgave
