Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

C.3. Installatieoptie; Installatie Van De Drukreduceerklep; Aansluiten Van De Leiding Voor Het Afvalwater En De Slangetjes Voor De Veiligheidsoverloop; Stroomtoevoer - Lubron Vi Series Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

12
NEDERLANDS
5. Sluit de twee slangen aan op de installatie.
Breng daarbij de rubberen ¾'' afdichtingen
aan.
6. Plaats de afsluiter in de bypassstand.
7. Open de kraan ter hoogte van de watermeter.
Controleer of de slangen niet lekken.
8. Open geleidelijk de bypassafsluiter
en controleer de dichtheid van de montage.

c.3. Installatieoptie

Installeren van een bypass op de installatie
zelf met drie 3/4" afsluiters (sferische afslui-
ters met volle doorlaat) op de hoofdwaterlei-
ding na de watermeter.

3.2 Installatie van de drukreduceerklep

De ontharder wordt geleverd met een drukreduceerklep.
!
De drukreduceerklep zit in de zoutbak.
a. Installeer de drukreduceerklep volgens de bijgeleverde handleiding (zie positionering en afstelling) na de toevoerkraan (1)
(p 10 en p 11 c.1.).
b. Verwijder de beschermdoppen ter hoogte van de invoer en de uitvoer van de ontharder.
c. Sluit de onderste slang aan op de drukreduceerklep en de bovenste slang op afsluiter 3 / of de installatie.
3.3. Aansluiten van de leiding voor het afvalwater en de slangetjes
voor de veiligheidsoverloop
a. Bevestig de afvoerpijp van het regeneratiewater bovenaan de sifon, die eveneens is uitgerust
met een trechter.
b. Sluit de overloopslangen aan die zich in de zoutbak bevinden op de daartoe voorziene
mondstukken en sluit die twee pijpen aan bovenaan de sifon. De veiligheidspijpen moeten over
de gehele lengte steeds naar beneden zijn gericht.
c. Vermijd, om hygiënische redenen, ieder rechtstreeks contact van de afvoerpijpen en de
veiligheidspijpen met de sifon
Conform de technische voorschriften de Nederlandse Drinkwaterwet moet er 2 cm speling wor-
den gelaten tussen de sifons en de afvoerpijpen en de veiligheidspijpen.
Het is verboden om de afvoerpijp en de veiligheidspijpen aan te sluiten op een T-verbindingss-
tuk. De afvoerpijp moet bij montage aflopen naar de sifon om te vermijden dat water in de
pijpen stagneert. Probeer ze over de hele lengte met behulp van beugels recht te houden om
stagnerend water te voorkomen. De ideale, vanaf de vloer totale hoogte van de afvoer (sifon +
trechter) zou niet meer dan 45 cm mogen bedragen.
Als de sifon niet dicht bij de ontharder kan worden geplaatst :
1) Gebruik een tuinslang 1/2" om die buizen indien nodig te verlengen als de sifon zich op meer dan 90 cm afstand bevindt.
!
HET IS VERBODEN DE OORSPRONKELIJKE AFVOERBUIS TE VERWIJDEREN.
2) De druk van het leidingwater moet voldoende hoog zijn als de sifon zich hoger bevindt dan de afvoerbuis.
Voor een aansluiting in de hoogte moet de druk minstens 3 bar bedragen. Per meter in de hoogte is 1 extra bar nodig.
De toegestane hoogte is maximaal 3 meter.
-> Werkingsdruk - 1 = aantal meter hoogte.
Het einde van de afvoerbuis moet schuin aflopen om te voorkomen dat het afgevoerde water terugstroomt

3.4. Stroomtoevoer

Plaats een 230V/50Hz stopcontact.
Het snoer van de 230/12V transformator is 1,40 m lang.
DRUKREGELAAR
VENTIEL
ISOLERING
TERUGSLAGKLEP
De elektrische aansluiting moet
!
continu onder spanning staan
VENTIEL
ISOLERING
TERUGSLAGKLEP
1
2
3
RIOOLAANSLUITING

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vi30 duoVi50Vi50 duo

Inhoudsopgave