83297707 1/2015-08 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Sanitair-water-warmtepomp WWP T 300 WA
4 Montage
4 Montage
4.1 Montagevoorschriften
Type opslagvat en werkingsdruk
De op de typeplaat aangegeven werkingsdruk niet overschrijden.
Type opslagvat controleren.
Ervoor zorgen dat de werkingsdruk gerespecteerd wordt [hfst. 3.4.7].
Ervoor zorgen dat de werkingstemperatuur gerespecteerd wordt [hfst. 3.4.3]
[hfst. 3.4.8].
Opstellingsruimte
Voor de montage ervoor zorgen dat:
de opstellingsruimte voldoende hoog is, daarbij de kantelmaat in acht nemen
[hfst. 3.4.11];
de transportweg vrij is en voldoende draagkracht heeft;
de draagkracht van de vloer volstaat [hfst. 3.4.10];
de vloer effen is;
er genoeg plaats is voor de hydraulische aansluiting;
luchtaanzuiging en opstellingsruimte niet door gassen, dampen of stof
blootgesteld zijn aan explosiegevaar;
de opstellingsruimte vorstbestendig en droog is;
het condenswater kan afgevoerd worden;
de opstellingsruimte aan het minimum ruimtevolume voldoet [hfst. 3.4.4].
Luchttoevoer
Toegelaten luchttoevoer:
Recirculatiemodus
Toevoerlucht van buiten en afvoerlucht naar buiten.
Niet toegelaten: aanzuigen van toevoerlucht uit de opstellingsruimte bij gelijktijdig
uitblazen van de afvoerlucht naar buiten.
Voor de montage ervoor zorgen dat:
het luchtdebiet in het toevoer- en afvoerluchtbereik verzekerd is;
het toevoerluchtbereik vrijgehouden wordt van bladeren;
geen lucht aangezogen wordt die door stof vervuild is;
geen installaties boven de warmtepomp gemonteerd zijn, bijv. lamp of
buisleiding;
de afvoerlucht niet richting wand, voetpaden en goten gericht wordt
(ijsvorming);
de afvoerlucht niet tegen vensters van naburige gebouwen gericht wordt.
15-52