Solitrend MMP41
Endress+Hauser
In dit geval kan de sensor op verschillende manieren worden bijgeregeld teneinde een
nauwkeurigheid van +/-0,1 % te bereiken in relatie tot de laboratoriumwaarde.
• Afhankelijk van de PLC, is het mogelijk een parallelle shift/offset in de PLC uit te voeren.
De parameter heeft verschillende namen afhankelijk van de PLC (bijv. initiële belasting,
nulpunt, offset, meetbereik, enz.).
Neem contact op met de PLC-fabrikant voor meer informatie.
• Met het separate display kan een fijninregeling of parallel verschuiven in de sensor
worden uitgevoerd met de parameter "offset"..
Wanneer de vochtwaarde zoals getoond door de sensor afwijkt van de
laboratoriumwaarde met meer dan +/-1 % gedurende de eerste inbedrijfname, kan
dit de volgende oorzaken hebben:
• De sensor is niet correct geïnstalleerd onder de silo-uitloop. Het oppervlak van de sensor
moet geheel worden bedekt met zand/grind wanneer de uitloop wordt geopend. Een
goede en stabiele materiaalstroom moet zijn gewaarborgd. Een video van het
batchproces kan nuttig zijn voor analysedoeleinden.
• De verkeerde kalibratiecurve is in de sensor gekalibreerd. De sensor is geleverd met de
universele kalibratiecurve Cal1 voor zand en grind.
• Verkeerde vochtschaalinstelling in de PLC. In de sensor komt 0 ... 20 % vocht overeen
met de 0 ... 20 mA of 4 ... 20 mA stroomuitgang. De 0 ... 20 % vochtschaalverdeling
moet ook in de PLC worden ingevoerd.
Neem contact op met de PLC-fabrikant voor meer informatie.
• Een 2-punts kalibratie in de PLC of de sensor kan nodig zijn voor speciaal zand (bijv. fijn
zand).
• In geval van grind of kiezel moeten grenswaarden in de PLC worden ingesteld, omdat
lopend water in het grind of de kiezel resulteert in extreem hoge vochtwaarden in de
sensor.
Neem contact op met de PLC-fabrikant voor meer informatie.
• Vanwege onnauwkeurige gegevensverwerking, kan het nodig zijn de vochtwaarde, zoals
getoond in de PLC, te controleren. Sluit daarvoor de sensor aan op het separaat display
en controleer/vergelijk de vochtwaarde die wordt getoond in de PLC met de vochtwaarde
die wordt getoond op het display.
Voorzichtig:
De "CH" bedrijfsmodus in de sensor moet dan worden ingesteld op de "CC" modus voor
een testrun en daarna weer worden teruggezet op "CH".
• Controleer de start/stop-voorwaarden in de PLC
• Startvoorwaarde: tijd in seconden of kg in de schaal
• Stopvoorwaarde: normaal gesproken % van doelgewicht
• Neem contact op met de PLC-fabrikant voor meer informatie
Wanneer de hier genoemde oplossingen het probleem niet verhelpen → neem contact
op met de service-afdeling van de fabrikant.
Diagnose en storingen oplossen
27