Pagina 1
ILEA SOLO 12 - 20 - 30 Wandketel woning INSTALLATIE & ONDERHOUD Instructies voor de installateur Instructies voor de U0661913_2041_NL_31 - 07/11/2023...
■ Reglementaire voorschriften voor installatie ■ Reiniging van de installatie en onderhoud Aanbevolen reinigingsproducten: De installatie en het onderhoud van het toestel - Fernox F3. moeten uitgevoerd worden door een gekwalifi ceerde - Sentinel X300 / Sentinel X400. vakman volgens de reglementaire voorschriften en de regels der kunst in voege: De normen NBN Volg de aanbevelingen van de fabrikant.
Pagina 3
■ Evacuatie van de condensaten ■ Elektrische aansluitingen - herinneringen Het condensaatafvoersysteem is ontworpen om Voor iedere tussenkomst dient de elektrische de totaliteit van de verwarmingscondensaten van voeding uitgeschakeld te worden. de ketel af te voeren (het verwarmingselement De elektrisch installatie moet worden uitgevoerd en de afvloeiingen in de afvoerleiding van de overeenkomstig geldende...
Dit apparaat moet geïnstalleerd worden door een verwarmingstechnicus. Inhoud Voorstelling van het materiaal Verpakking ....... 6 Maximum capaciteit van de installatie .
Onderhoud Controle van de hydraulische kring ... 47 Onderhoud van de gaswarmtewisselaar ..48 Onderhoud van de rookleiding ....47 Controle van de verbrandingsparameters .
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL Voorstelling van het materiaal ► Verpakking Er zijn 3 pakketten nodig voor een complete installatie: • Gesloten condenserende gaswandketel (met wandbeugel 1 gas bocht, 1 evacuatiebuis, en 6 dichtingen). • Kraanwerkaansluitplaat (met wandbeugel en sjabloon) (A1006912). •...
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ► Materiaal in optie Schouwdoorvoerelement Ø ref. element (C13 -C33) : PP- Galva ■ Toebehoren voor schouwen Meetelement en condensopvang T-inspectiemeetelement Ø60/100 537D6361 Schouwen (C93-B23 ) : Ø ref. PP- Galva element T-inspectiemeetelement Ø80/125 537D6229 Toebehoren Set C93 Ø 80/125: Toebehoren - Schoorsteenkap met beluchting Ø80/125...
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ► Algemene kenmerken 12 SOLO BE 20 SOLO BE 30 SOLO BE Naam van het model Code A1006858 A1006859 021409 Prestaties Energieklasse - Verwarming Gas categorieën I2E(s) NOx Klasse NOx Emissie mg/kWh GCV Type gas Aardgas (G20) Calorisch nominaal debiet (verwarming / sanitair 12.5 15.8...
Indien de installatie uitgerust is met een sanitaire boiler. Dit toestel is enkel gehomologeerd (en zijn goede werking gegarandeerd) met de doorvoerpijpen zoals hieronder beschreven: • Toebehoren ACV (zie § "Verpakking", bladzijde • Concentrische buizen van 250, 500, 1000 of 2000 mm en instelbare lengte van 50 tot 300 mm. Bochten van 45 en 90°.
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ► Beschrijving ILEA 12 SOLO BE ILEA 20 SOLO BE D 1 8 fi g. 2 - Onderdelen - Alleen verwarming - ILEA 12 SOLO BE / ILEA 20 SOLO BE...
Pagina 11
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ILEA 30 SOLO BE D 1 8 Schakelkast Gebruikersinterface. Circulator. Wisselaar condensor. Ontstekings- en ionisatie-elektrode. Ventilator/Mengkraan. Gaskraan. Druksensor. Sifon (condensafvoer). 10. Manuele ontluchter. 11. Veiligheidsklep (Verwarming). 12. Automatische ontluchter. 13. Expansievat. 14. Concentrisch aanpasstuk en dichting (toevoer van verbrandingslucht en rookafvoer).
Pagina 12
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ø Inzetstukken 66,5 66,5 20x27 Vertrek 3/4" Retour ILEA 12 SOLO BE Vertrek PECS ILEA 20 SOLO BE 15x21 PECS 1/2" Retour PECS Rook 60/100 PECS Opmerking: Voeg bij het plaatsen van de optionele muursteun 45 mm toe aan de dieptedimensies.
Pagina 13
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL 16,5 ø Inzetstukken 66,5 66,5 20x27 Vertrek 3/4" Retour Vertrek ILEA 30 SOLO BE 15x21 PECS PECS 1/2" Retour PECS Rook 60/100 PECS Opmerking: Voeg bij het plaatsen van de optionele muursteun 45 mm toe aan de dieptedimensies.
VOORSTELLING VAN HET MATERIAAL ► Werkingsprincipe • Monitoringfunctie van de hydraulische druk: Deze condenserende gaswandketel Een druksensor verzekert de monitoring van de waterdichte type waardoor hij een installatie kan hydraulische druk. verwarmen (en sanitair warm water produceren indien hij uitgerust wordt met een sanitaire boiler). Weergave In geval van druk..
PLAATSING Plaatsing ► Stookplaats De stookplaats moet voldoen aan de van kracht zijnde reglementering. • Hou voor een correcte installatie van het toestel rekening met het volgende: - Plaats het toestel nooit boven een fornuis of een ander kookapparaat. - Het is verboden om brandbare stoff en achter te laten in de ruimte waar de ketel is geïnstalleerd.
PLAATSING ► Stookketel ▼ Aansluitleiding (C13, C33, C93) rookgaskanalen moeten worden geïnstalleerd volgens geldende De aansluitleiding moet demonteerbaar zijn. voorschriften. Het toestel is zó ontworpen dat de temperatuur van de rookgassen van de ketel 120°C niet kan overschrijden, het is dan ook niet nodig om een beschermingsthermostaat De aansluitingen van de leidingen (concentrisch of voor de afvoerkanalen toe te voegen.
Pagina 17
PLAATSING ■ Concentrische muurdoorvoerpijp horizontaal (type C13) • Aanbevelingen • Reglementering (type C13) Eerbiedig de maximale toegestane lengtes. De afvoerleiding moet rechtstreeks door een muur naar Houd een minimale daling van 5% naar onder en naar buiten leiden. het toestel toe. De opening voor luchttoevoer en rookafvoer bevindt Controleer dat de leidingen luchttoevoer en rookafvoer zich op ten minste 0,40 m afstand van elke opening naar...
Pagina 18
PLAATSING ■ Verticale concentrische doorvoerpijp ■ Systeem voor de aanpassing op de bestaande (type C33) afvoerleiding (type C93). Met dit systeem kan de doorvoerpijp van de ketel • Reglementering (type C33) worden aangesloten op een bestaand afvoerkanaal De dakterminal moet zich op ten minste 0.40 m afstand (met luchtinlaat in de schoorsteen).
PLAATSING ▼ Aansluitleiding collectieve doorvoerpijp ▼ Collectieve verbindingsleiding C83p C43, C43p (3CEp) De ketel is compatibel met C83p want deze is uitgerust met een terugslagklep. ■ Collectieve concentrische doorvoerpijp (type De maximale druk bij de uitgang van de ketel mag 130 C43) Pa niet overschrijden bi de (sanitaire) maximumpotentie De ketel mag alleen worden aangesloten op een...
Pagina 20
PLAATSING ▼ Afzonderlijke leidingen van luchttoevoer ▼ Schoorsteenleiding B23, B23p en evacuatie van rookgassen (type C53). ■ Afvoerleiding schoorsteen Het is noodzakelijk de adaptor te gebruiken (optie). • Reglementering De terminals van toevoer van oxiderende lucht en van evacuatie van oxiderende producten mogen niet De afvoerleiding moet de juiste afmetingen hebben geïnstalleerd worden op muren tegenover het gebouw.
Pagina 21
PLAATSING ■ Aansluitleiding schoorsteen Aansluiting schoorsteen type B23 De aansluitleiding moet in overeenstemming met de geldende voorschriften zijn. De aansluitleiding mag geen kleinere diameter hebben dan de gasafvoerbuis van het toestel. De aansluitleiding moet demonteerbaar zijn. Afmetingen De afvoerbuis moet op dichte wijze op de leiding van de leiding aangesloten worden.
HYDRAULISCHE AANSLUITING Hydraulische aansluiting ► Installatie van de ketel en aansluitingen ▼ Spoeling van de installatie Voordat u de kraanwerkaansluitplaat op de installatie ■ Aansluiting SWW-boiler (naar keuze) aansluit, dient de gehele CV-installatie grondig gespoeld Gebruik leidingen met voldoende doorsnede afhankelijk te worden om het vuil te verwijderen dewelke de goede van de afstand tussen de ketel en de tank.
Pagina 23
HYDRAULISCHE AANSLUITING Plaats de ketel op de wandbeugel en op de de kraanwerkaansluitplaat (2 schroeven en pluggen). kraanwerkaansluitplaat. Draai de aansluitingen vast op In het geval van een conventionele installatie met de ketel. horizontale muurdoorvoerpijp Ø 60-100 naar achteren, kan het doorgangsgat voor de leidingen met behulp van de sjabloon worden gerealiseerd (zie bladzijde 56).
HYDRAULISCHE AANSLUITING ■ Aansluiting SWW Als de installatie is uitgerust met een sanitaire boiler, verbind de leidingen of sanitaire slangen met de boiler in de richting van de circulatie. ▼ Evacuatie aansluitingen De afsluiter is in de kraanwerkaansluitplaat geïntegreerd en moet worden aangesloten op een rioolbuis. Een condensaatterugwinningssysteem is in het toestel ingebouwd.
ELEKTRISCHE AANSLUITING Elektrische aansluiting Voor iedere tussenkomst dient de elektrische voeding uitgeschakeld te worden. De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden volgens de toepasselijke voorschriften (zie "Elektrische aansluitingen - herinneringen", bladzijde Houd rekening met de veiligheidsafstanden tussen de ZLVS- en LS-kabels (vermogen). 90 °C 90 °C 24 V...
ELEKTRISCHE AANSLUITING ► ► Elektrische stroomaansluitingen Elektrische aansluitingen ZLVS (LS) De hieronder beschreven elementen zijn optioneel ("Andere toebehoren", bladzijde Installeer een dubbelpolige schakelaar aan de buitenkant van de ketel. De hieronder beschreven elementen zijn apparaten voor Zeer Lage Veiligheids-Spanning (ZLVS). Het ■...
ELEKTRISCHE AANSLUITING ▼ Buitenvoeler (optioneel) ▼ Sanitaire boiler Voor optimaal comfort en uitsparing is het raadzaam om een buitenvoeler te installeren. Raadpleeg de montagehandleiding op de verpakking van de voeler. Plaats de voeler op de minst gunstig gelegen gevel, gewoonlijk de noord- of noordoostgevel. Ze mag in geen geval blootgesteld zijn aan de ochtendzon.
INWERKINGSTELLING Inwerkingstelling ► Druk en hoogte van de installatie • Pas de druk van het expansievat aan voor de installatie te vullen Druk... Confi guratie van de installatie ... van het expansievat ... van het water Geen: Plaatsing op één niveau 0.7 bar 1.0 bar Hoogteverschil tussen de ketel...
INWERKINGSTELLING ▼ Elektrische leiding - Controleer of de kabelgoten stevig op de schakelkast - Controleer dat de polariteit fase-neutraal van de zitten om waterdichtheid te garanderen. elektrische voeding geëerbiedigd is. - Controleren materiaal juiste aansluitklemmen aangesloten is. ► Eerste onder spanning zetting - Schakel de algemene uitschakelautomaat van de installatie in.
INWERKINGSTELLING ► Controle van de verbranding Tip: Als de parameter 1 weergeeft, moet je op verbrandingscontrole uitgevoerd drukken om sneller te komen tot 99, ... 91, worden op de verwarmingskring (standaard) of op de sanitaire kring. ▼ Installatie met vloerverwarming en SWW- ▼...
INWERKINGSTELLING ► Controles na de ingebruikname ■ Condensafvoer Controleer of de condensafvoer niet verstopt is, noch aan de ketelzijde noch aan de kanaalkant ► Werking van de circulator 1 mbar = 10 mmCE = 100 Pa De snelheid van de verwarmingscirculator kan ingesteld (mini)...
Pagina 33
REGELINGSINTERFACE Regelingsinterface • Beschrijving van de controletabel • Beschrijving van de weergave (gebruikersinterface). Functies Symbolen Defi nities Gebruik Verwarming • Weergave van de staat verwarming zone 1 (verwijzing naar de relevante kring Z1 of Z2. (2e druk: weergave van de staat verwarming zone 2).
REGELINGSINTERFACE ► Werking verwarming "ZONDER omgevings hulpstuk of MET "Met Navilink A59", bladzijde 35 omgevingsthermostaat", bladzijde 34 "Met Navilink 105 of 128", bladzijde 37 ▼ ZONDER omgevings hulpstuk of MET omgevingsthermostaat ■ ZONDER buitensonde Regelingen ( uitsluitend op de ketel) Radiatoren Vloerver- Conventionele...
REGELINGSINTERFACE ▼ Met Navilink A59 geval afwezigheid buitentemperatuursonde, wordt aangeraden Regelingen ( uitsluitend op de ketel) de functie te gebruiken van Smart Adapt • Waterwet Radiatoren Wanneer de invloed van de omgeving is Vloerver- Conventionele ender voor lage gedesactiveerd (geregeld op 0%), gebeurt de regeling warming* radiatoren temperatuur...
Pagina 36
REGELINGSINTERFACE Curve waterwet 2,75 ° C 2,25 Conventionele radiator 1,75 1,25 LT-Radiator (lage temperatuur) 0,75 Vloerverwarming 0,25 ° C Buitentemperatuur (°C) fi g. 25 - Stookcurve voor de verwarming (Parameters 30 / 40) Curve waterwet +4,5 -4,5 Buitentemperatuur °C Overdracht fi...
REGELINGSINTERFACE ▼ Met Navilink 105 of 128 • Smart Adapt (Navilink 105 of 128) • Ontvangst van de temperatuur via de voeler Wordt de insteltemperatuur van het water van de De temperatuurinstelling van het water van de kring wordt verwarmingskring berekend met een zelfaanpassend berekend door Navilink en vervolgens doorgegeven aan algoritme volgens het verschil tussen het instelpunt de ketel.
REGELINGSMENU Regelingsmenu Twee niveaus van overleg beschikbaar (gespecifi ceerd in de tweede kolom van de tabel Lijst met parameters door de bijbehorende pictogrammen): N°XX - Gebruiker. - Installateur. ■ Parameters instellen Keuze Weergave Keuze van de Weer naar de van de Bevestiging Bevestiging gebruikersniveau...
Pagina 39
REGELINGSMENU Instellingsbereik Beschrijving van de parameter Basisinstelling of weergave Optie sanitair warm water 1... 4 1 (Enkel verwarming); 2 (SWW-boiler met voeler); 3 (Niet gebruikt); 4 (SWW-boiler met thermostaat.) Type gas 0 (Aardgas)... 1 (Propaangas Verwarmingsmodus zone 1 0 (Standby)... 3 (Aan) ... 4 (PROG) Verwarmingsmodus zone 2 0 (Standby)...
Pagina 40
REGELINGSMENU Instellingsbereik Beschrijving van de parameter Basisinstelling of weergave Uurprogramma SWW Voorselectie (dag/week) 1... 10 1 (maandag); 2 (dinsdag) ; … ; 7 (zondag) ; 8 (maandag tot vrijdag) ; 9 (zaterdag en zondag) 10 (maandag tot zondag: de wijzigingen worden de hele week toegepast). 1e fase van de geselecteerde dag (begin comfort) 00:00...
Pagina 41
REGELINGSMENU Instellingsbereik Beschrijving van de parameter Basisinstelling of weergave Invloed van de omgevingstemperatuur 0... 100 % 50 % Indien de installatie uitgerust is met Navilink A59 (zone 2). - 100%: De regeling gebeurt alleen op de omgevingstemperatuur ("Met Navilink A59", bladzijde 35).
Pagina 42
REGELINGSMENU Instellingsbereik Beschrijving van de parameter Basisinstelling of weergave Instelpunt verwarming Comfort zone 2 10... 35 20°C Functie Smart Adapt zone 2 - RC 30, RC 35 0 (uitgeschakeld)... 1 (geactiveerd) Indien de installatie uitgerust is met RC 30, RC 35 (zone 2) - zie § bladzijde Functies installateur - - - (test ketel uit), 0 (0%), 1 (1%), ...
DIAGNOSE VAN STORINGEN EN INFORMATIE Diagnose van storingen en informatie ► Foutmeldingen De fouten of storingen worden gemeld op het display. Het display toont de foutcode "Exxx". De fouten (Nr. <100) veroorzaken een uitschakeling van het toestel met Automatische reset. De fout verdwijnt wanneer het probleem is opgelost.
Pagina 44
DIAGNOSE VAN STORINGEN EN INFORMATIE Nr. / Beschrijving van de fout Acties installateur Impact Fout die handmatige reset vereist - 3 opeenvolgende mislukte opstarten. Controleer de aansluiting van de ontstekingskabel (brander en schakelkast). - Gasklep ontregeld Controleer de gastoevoer. Controleer de gasdruk, Resetten van de gasklep Er wordt een fout vlamsignaal ontvangen (een Controleer de aansluiting van de ontstekingskabel...
Pagina 45
DIAGNOSE VAN STORINGEN EN INFORMATIE ▼ Fout 101; Fout 104 Na verschillende ondoeltreff ende pogingen tot regeling van de gasklep, kan het systeem een standaardinstelling genereren (E 101 of E 104) en een veiligstelling veroorzaken van het apparaat. In dit geval is het noodzakelijk de fabrieksregeling terug te vinden van de gasklep.
DIAGNOSE VAN STORINGEN EN INFORMATIE ► Informatieweergave De toets dient voor verschillende informatie. Afhankelijk van het type toestel, de confi guratie en de bedieningsstatus zijn sommige informatielijnen mogelijk niet beschikbaar. Het informatienummer wordt afwisselend weergegeven met zijn bijbehorende waarde. ■ Lijst met informatie ■...
ONDERHOUD Onderhoud De stookketel moet regelmatig gereinigd worden ten einde een goed rendement te kunnen behouden. In functie van de gebruiksomstandigheden gebeurt deze operatie één of twee maal per jaar. Voor iedere tussenkomst dient de elektrische voeding uitgeschakeld te worden. Gestockeerde energie: na afkoppeling van de voeding, wacht 1 minuut vooraleer de interne delen van het toestel aan te raken.
ONDERHOUD ► Onderhoud van de gaswarmtewisselaar - Schakel de elektrische voeding van het toestel uit. - Sluit de gasafsluitkraan. ILEA 12 SOLO BE - Neem de voorkant af (fi g. 29, bladzijde 47). - Kantel de schakelkast (fi g. 29), ILEA 20 SOLO BE / ILEA 30 SOLO BE: : Koppel de condensaatafvoerslang los Verwijder de geluiddemper.
Pagina 49
ONDERHOUD Onderhoud van de sifon Zuig de verbrandingsresten op. Controleer dat de evacuatie van de condensaten niet verstopt is. Open de sifon. Opgelet: condensaten zijn zuur. Gebruik voor het onderhoud zuurbestendige handschoenen en Condensats acides een veiligheidsbril. Reinig de pijpbundel van de wisselaar met een synthetische borstel.
Pagina 50
ONDERHOUD In het geval van ernstige vervuiling: Controleer de staat van de deurcomponenten. - Spray witte azijn of een reinigingsproduct voor Controleer de elektrode (E). Verander ze indien nodig. roestvrij staal. Wees bijzonder waakzaam als de ketel op propaangas werkt. - Laat het 3 tot 5 minuten intrekken.
ONDERHOUD • Plaats de deurhaard: - Controleer de siliconenafdichting op de haarddeur (controleer of er geen scheuren / barsten zijn, de afdichting moet fl exibel blijven). De siliconenafdichting op de haarddeur moet elke 2 jaar vervangen worden. - Monteer alle onderdelen weer op de juiste manier: - Controleer de positie van het gasdiafragma en zijn dichting.
ONDERHOUD Onderhoud Voor iedere tussenkomst dient de elektrische voeding uitgeschakeld te worden. Gestockeerde energie: na afkoppeling van de voeding, wacht 1 minuut vooraleer de interne delen van het toestel aan te raken. Verlaag de interne temperatuur van de ketel: 1- Schakel de Modus verwarming/SWW uit. 2- Activeer de ontluchtingssequentie (parameter nr.
ONDERHOUD ► Onderhoud van elektrische onderdelen • Toegang tot de schakelkast: - De voorkant afnemen. - Ontgrendel om de schakelkast te laten zakken ( fi g. 31). - Ontkoppel de connectoren van de ontstekingskabel - Open de kast ( ▼ De smeltzekering vervangen De smeltzekering bevindt zich op de elektronische kaart.
BIJLAGEN ► Sjabloon gasketel enkel verwarming 00U06739100_A ILEA SOLO 60/100 233,5 4.5 maxi Model ILEA SOLO : Niet geleverd Modèle Ilea SOLO : Non fourni 66,5 66,5...
BIJLAGEN ► Plaatsing van het eindstuk (C13, C33, C43p) Uitsteeksels van dak of Openingen Luchtopening Dakvenster balkon 2 max mini 0,4 0,2 Puntgevel met Inzet buiten- Blinde puntgevel Hoek binnen openingen sneeuw 0,15 0,85 mini 2 mini 2 mini mini mini 0,4* mini...
BIJLAGEN ► CE Certifi caat MODULE B : EXAMEN DE TYPE – TYPE DE PRODUCTION (Paragraphe 1 – Annexe III du règlement (UE) 2016/426 Appareils à gaz) MODULE B : EU TYPE – EXAMINATION – PRODUCTION (Paragraph 1 – Annex III of the Gas appliances Regulation (EU) 2016/426) 1312CU6415 rév.1 Certificat numéro CERTIGAZ, après examen et vérifications, certifie que l'appareil :...
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER Instructies voor de gebruiker Leg de gebruiker de werking van zijn installatie uit (instellingen voor de temperatuur voor verwarming en sanitair, de programma's op het niveau van de gebruikersinterface ...). Benadruk indien nodig het feit dat vloerverwarming gepaard gaat met een grote inertie en dat de instellingen bijgevolg geleidelijk moeten worden uitgevoerd.
Pagina 60
Groupe Atlantic Belgium Oude Vijverweg, 6 B-1653 Dworp Belgium belgium.service@acv.com www.acv.com...