4.3.1. Plaatsing van de accu
Voordat deze wordt gebruikt, moet de Li-ion accu zodanig geplaatst worden dat hij tijdens het
gebruik niet kan verschuiven.
Gebruik een voor dit doeleinde geschikte bevestigingsbeugel.
4.4. Aansluitdraden
Gebruik geschikt draad voor de aansluitdraden om ervoor te zorgen dat er geen
oververhitting of onnodige verliezen kunnen optreden.
4.4.1. Voedingskabels aansluiten met aansluitklemmen voor voertuigen
1. Sluit de last of de oplader aan op de X2 (+) pool van de accu. (Figuur 4)
!
Waarschuwing! Sluit de X1 (-) pool niet als eerste aan, aangezien dit kan leiden tot
kortsluiting.
2. Sluit de lading of de oplader aan op de X1 (-) pool van de accu. (Figuur 4)
3. Zorg ervoor dat beide contacten zijn aangehaald (M5 = 6 Nm, M6 = 10 Nm).
4. Plaats de beschermkappen op de aansluitklemmen. (Figuur 5)
Figuur 4. Voedingskabels op de accu aansluiten.
16