Inhoudsopgave
Advertenties
4.4 Watervoorziening
-
Aansluitwaarden: zie typeplaatje; Wanneer de benodigde waterhoeveelheid voor de reiniger door de
openbare watervoorziening niet is gewaarborgd, moet gebruik worden gemaakt van een
voorloopreservoir om watergebrek in de pomp te voorkomen.
Door het aanzuigen uit de waterleiding wordt de pomp onherstelbaar beschadigd!
-
Bij aanzuigen vanuit een voorloopreservoir moet een 1½" aanzuigslang met koppeling en een lengte
van max. 5 m worden gebruikt.
-
Bij apparaten met schakeling (start/stop automaat) is aanzuigen zonder ombouw niet mogelijk!
Reinigers met ombouwset (zie punt 4.6): Bij aanzuigen vanuit een voorloopreservoir moet een 1½ "
aanzuigslang met koppeling en een lengte van max. 5 m worden gebruikt.
-
De waterdruk in de aanvoerleiding moet tussen de +2 en +10 bar liggen.
-
Neem de voorschriften van de openbare watervoorziening in acht.
-
Tussen de GeKa koppeling en de hogedrukpomp is een filterzeef aangebracht. Deze zeef moet
regelmatig worden gecontroleerd en indien nodig worden gereinigd.
-
De wateraansluiting moet worden gemaakt met een druk- en zuigbestendige waterslang met
textielmantel.
-
Sluit de slang aan op de wateraansluiting van het apparaat en de waterkraan van de openbare
watervoorziening.
4.5 De reiniger starten
-
Elektrische aansluitingen en slangen aansluiten.
-
Kraan openen!
-
Hogedrukpistool indrukken totdat er water zonder lucht uitstroomt, pistool sluiten.
-
Bedrijfsschakelaar inschakelen.
-
Apparaat met de bedrijfsschakelaar in positie "Ster" laten opstarten en na korte tijd omschakelen
naar "Driehoek".
-
LET OP: Tijdens reinigen mag de motor alleen in de positie "Driehoek" lopen!
-
Het apparaat is nu klaar voor gebruik
-
De druk moet direct worden opgebouwd!
-
Wanneer er geen druk wordt opgebouwd, de pomp uitschakelen en controleren of:
de sproeier versleten is
het aanvoerfilter is verstopt (onvoldoende watervoorziening)
-
De draairichting van de hogedrukpomp is niet van belang!
Pagina 5 van 10
Advertenties
Inhoudsopgave
