OPMERKING
Als er 2 zones zijn en de afgevertypes onjuist zijn
geconfigureerd, kan er water met een hoge temperatuur
naar een afgever met lage temperatuur (vloerverwarming)
worden gestuurd. Om dit te vermijden doet u het volgende:
▪ Installeer een aquastat-/thermostaatklep om te hoge
temperaturen naar een lage temperatuur-afgever te
voorkomen.
▪ Zorg dat u de afgevertypes voor de primaire zone [2.7]
en voor de secundaire zone [3.7] correct instelt in
overeenstemming met de aangesloten afgever.
OPMERKING
Er kan drukverschil-omloopklep in het systeem worden
geïntegreerd. Denk erom dat deze klep mogelijk niet op de
afbeeldingen wordt getoond.
7.2.4
Configuratiewizard: Back-upverwarming
De capaciteiten voor de verschillende stappen van de back-
upverwarming moeten voor de energiemeting en/of de regeling van
de besturing energieverbruik ingesteld worden om goed te werken.
Door de weerstand van elk verwarmingstoestel te meten, kunt u de
exacte capaciteit van elk verwarmingstoestel instellen en zodoende
meer nauwkeurige energiegegevens hebben.
Type back-upverwarming
#
Code
[9.3.1]
[E‑03]
▪ 0: Geen
▪ 2: 3V
▪ 3: 6V
▪ 4: 9W
Spanning
▪ Voor een 3V- en 6V-model is dit vastgesteld op 230 V, 1ph.
▪ Voor een 9W-model is dit vastgesteld op 400 V, 3ph.
#
Code
[9.3.2]
[5‑0D]
▪ 0: 230 V, 1ph
▪ 2: 400 V, 3ph
Configuratie
De back-upverwarming kan op verschillende manieren worden
geconfigureerd. Voor het 3V-model kiest het systeem wisselend uit 3
beschikbare capaciteitsstappen de gepaste capaciteit voor de
betreffende bedrijfsomstandigheden. Voor het 6V- en 9W-model kan
ze kan worden geconfigureerd als 1-staps back-upverwarming of als
back-upverwarming met 2 stappen. Bij 2 stappen hangt de capaciteit
van de tweede stap af van deze instelling. Er kan ook een hogere
capaciteit van de tweede stap worden ingesteld in een noodgeval.
#
Code
[9.3.3]
[4‑0A]
▪ 0: Relais 1
▪ 1: Relais 1 / Relais 1+2
▪ 2: Relais 1 / Relais 2
▪ 3: Relais 1 / Relais 2 Noodbedrijf
Relais 1+2
INFORMATIE
Instellingen [9.3.3] en [9.3.5] zijn aan elkaar gekoppeld. Als
u één instelling verandert, wordt ook de andere gewijzigd.
Controleer dus bij het veranderen of de waarde van de
andere instelling nog steeds is zoals verwacht.
EBSH/X(B)11+16P30+50D
Daikin Altherma 3 R ECH₂O
4P663483-1C – 2023.05
Beschrijving
Beschrijving
Beschrijving
INFORMATIE
Tijdens normaal bedrijf is de capaciteit van de tweede stap
van de back-upverwarming bij nominale spanning gelijk
aan [6‑03]+[6‑04].
INFORMATIE
Als
[4‑0A]=3
en
de
stroomverbruik van de back-upverwarming maximaal en
gelijk aan 2×[6‑03]+[6‑04].
INFORMATIE
Als het instelpunt van de opslagtemperatuur hoger is dan
50°C en er geen extra ketel is geïnstalleerd, adviseert
Daikin om de tweede trap van de back-upverwarming NIET
uit te schakelen aangezien dat een grote invloed heeft op
de tijd die de unit nodig heeft om de opslagtank te
verwarmen.
INFORMATIE
De capaciteiten die worden getoond in het selectiemenu
voor [4-0A] worden slechts correct getoond voor een
correcte selectie van de capaciteitsstappen [6-03] en
[6-04].
INFORMATIE
De berekeningen van energiegegevens van de unit zullen
enkel correct zijn voor de instellingen van [6-03] en [6-04]
die passen bij de werkelijk geïnstalleerde capaciteit van de
back-upverwarming.
upverwarming met een nominale capaciteit van 6 kW,
vormt de som van de eerste stap (2 kW) en de tweede
stap (4 kW) precies 6 kW.
Capaciteit stap 1
#
Code
[9.3.4]
[6‑03]
▪ De capaciteit van de eerste stap van
de back-upverwarming bij nominale
spanning.
Extra capaciteit stap 2
#
Code
[9.3.5]
[6‑04]
▪ Het verschil in capaciteit tussen de
tweede en de eerste stap van de back-
upverwarming bij nominale spanning.
De nominale waarde hangt af van de
configuratie
upverwarming.
Maximumcapaciteit
#
Code
[9.3.9]
[4‑07]
▪ Maximumcapaciteit die aan de back-
upverwarming mag worden geleverd.
▪ Bereik: 1 kW~3 kW, Stap 1 kW
7.2.5
Configuratiewizard: Primaire zone
De belangrijkste instellingen voor de primaire aanvoerwaterzone
kunnen hier worden ingesteld.
Afgiftesysteem
Het opwarmen of afkoelen van de primaire zone kan langer duren.
Dit hangt af van:
▪ het watervolume van het systeem
▪ het warmteafgevertype van de primaire zone
De instelling Afgiftesysteem kan een langzaam of een snel
verwarmings-/koelsysteem
compenseren
afkoelcyclus.
Bij
regeling
via
7 Configuratie
noodstand
is
actief,
is
Voorbeeld:
voor
een
back-
Beschrijving
Beschrijving
van
de
back-
Beschrijving
tijdens
de
verwarm/
een
kamerthermostaat
heeft
Installatiehandleiding
het
37