Inhoudsopgave
Advertenties
90°
A
Fig. 4.33 Aansluiting van de pneumatische slang op het afzuigkanaal
5
INBEDRIJFSTELLING
5.1
Algemeen
•
Controleer of het Panel op het elektriciteitsnet is
aangesloten.
•
Zet de hoofdschakelaar (zie Fig. 6.1E) aan. Het systeem
start nu op
.
39
•
De HMI start nu de installatiewizard.
•
Voer de installatiewizard uit.
Tik op het vraagteken op het touchscreen
voor uitgebreide uitleg over alle
instellingen.
5.2
Functionele tests
5.2.1
Afzuigventilator
•
Druk op de knop VENTILATOR AAN/UIT (zie Fig. 6.1F) om
de ventilator te starten.
•
Druk nogmaals op de knop om de ventilator uit te
schakelen.
Bij eventuele problemen of fouten, zie hoofdstuk 8 / Verhelpen
van storingen.
6
GEBRUIK
6.1
Bedieningspaneel
6.1.1
Panel
Het bedieningspaneel is voorzien van de volgende
bedieningsorganen en indicatoren:
Fig. 6.1 (zie ook Fig. V op pagina 20)
A
Witte LED | BEDRIJFSGEREED
- LED uit: het systeem staat uit
- LED knippert: het systeem start op
- LED brandt: het systeem is bedrijfsgereed
39. Indicatie: de witte LED op het Panel knippert
0000112606/010720/A ControlPro
B
A+B
90°
C
D
Panel
C
B
Groene LED | VENTILATOR DRAAIT
- LED uit: de ventilator staat uit
- LED knippert: de ventilator draait na en stopt
- LED brandt: de ventilator draait
C
Gele LED | WAARSCHUWING
- LED uit: geen probleem
- LED brandt
waarschuwing
D Rode LED | ALARM
- LED uit: geen probleem
- LED brandt
E
Hoofdschakelaar
B
F
Groene knop | VENTILATOR AAN/UIT
G Zwarte knop | FILTERREINIGING
- om handmatig een extra reinigingscyclus te activeren
- om de zoemer te onderdrukken (houd de knop 5
seconden ingedrukt)
H Draaischakelaar 0-1 | SERVICEMODUS
- 0: normale modus
- 1: om het touchscreen van de HMI te vergrendelen voor
servicedoeleinden
I
Zoemer | akoestisch signaal
- klinkt gelijk met het alarmsignaal (D)
- in sommige gevallen: klinkt gelijk met het
waarschuwingssignaal (C)
D
√
√
Panel
√
?
E
Fig. 6.1
6.2
6.2.1
Afhankelijk van de specifieke configuratie en de
systeeminstellingen van de HMI, kunt u de ventilator en het
reinigingssysteem handmatig activeren danwel het gehele
systeem volledig automatisch laten draaien.
Handmatige geactiveerde functies:
Fig. 6.1
- groene knop | VENTILATOR AAN/UIT (F)
- zwarte knop | FILTERREINIGING (G)
40. Nadraaitijd: 60 seconden
41. Het systeem blijft draaien
42. Het systeem stopt
43. U kunt de reinigingscyclus niet stoppen of onderbreken
44. U kunt deze knop de eerste 40 bedrijfsuren van het systeem en binnen 40 uur
na het vervangen van de filters niet activeren, om de beschermende laag
precoatmateriaal op de filterpatronen te behouden.
: zie de HMI voor de oorzaak van de
41
: zie de HMI voor de oorzaak van het alarm
42
A
Bedieningspaneel
Gebruik
Panel
U kunt de bovenstaande functies ook via de HMI
activeren.
40
B
C
D
F
G
H
I
43 44
16
Advertenties
Inhoudsopgave
