Fig. 4.28
•
Verwijder de afdekdoppen van de + en – (A+B) van de
onderste filtermodule.
Monteer een wartel in de + en – aansluiting.
•
Fig. 4.28
+ en – aansluiting
Fig. 4.30
•
Verwijder de afdekdop en monteer nog een wartel aan de
binnenkant van de filtermodule (+).
•
(1) Voer een pneumatische slang door de + aansluiting.
•
(2) Voer de slang door de andere wartel (+) naar het
filtercompartiment.
•
(3) Voer de andere slang door de – aansluiting.
1
3
+
–
Fig. 4.29
Wartels en pneumatische slangen
Fig. 4.30
•
Zorg ervoor dat de slangeinden (A+B) ± 25 mm door de
behuizing steken.
•
Draai alle wartels vast.
+
–
A
Fig. 4.30
Uiteinden van de pneumatische slangen
0000112606/010720/A ControlPro
+ –
A B
+
2
B
+
4.5.3
SCS
Fig. 4.31
•
Sluit de twee pneumatische slangen aan op de
overeenkomstige + en – (A+B) op de aansluitdoos.
A B
Fig. 4.31
Persluchtaansluiting
4.5.4
Ventilatordruksensor
Om de ventilatordruk
te controleren, moet u een
38
pneumatische slang op de interne ventilatordruksensor
aansluiten.
U kunt de ventilatordruk op twee plaatsen meten:
- vóór het filtersysteem; of
- na de ventilator
De keuze bepaalt de aansluiting van de slang.
Drukmeting
vóór het filtersysteem
na de ventilator
Fig. 4.32
•
Bepaal de positie van de druksensor in het leidingwerk
(vóór het filtersysteem of na de ventilator).
•
Sluit de pneumatisch slang aan op de overeenkomstige
bulkhead connector + of – (A).
Fig. 4.32
Aansluiting van de pneumatische slangen op het Panel
Fig. 4.33
•
Boor twee gaten Ø 100 mm op de aangegeven posities
(A+B) in de vertikale buis.
•
Sluit de pneumatische slang (D) met een T-verbinding (C)
aan op het afzuigkanaal met behulp van het meegeleverde
bevestigingsmateriaal.
38. In geval van een Plymovent VFD/Panel of ander type frequentieregelaar
Druk
Aansluiting
onderdruk
– (minus)
overdruk
+ (plus)
A
Fan Pressure
B
Filter Pressure
15