Optellen
en
aftrekken
van quotiënten
11. Optellen
en
aftrekken
van quotiënten
Hiervoor
verdient het aanbeveling de komma
te
plaatsen
in
de
verlangde decimale
positie.
ln
onderstaand voorbeeld moeten
de
quotiënten
worden
berekend
en
opgeteld
met
2
cijfers
achter
de
komma.
Voorbeeld
1
:
624,51
+5,4
=115,65
293,8
+ 7,12
=
41
,26
415,26+3,8
=109,21
totaal = 266,18
Te
verrichten handelingen:
1) E
toets indrukken
2)
,OO
3)tr
4)
624,51
5)
E
6)
5,4
7) B
8)
2e3,8
e)E
10)
7,12
11)
tr
12)
415,26
13) E
14)
3,8
15)
B
16)
B
.
oorbeeic
2
..,39
3i ng van cijfers achter de komma)
:115
=41
=
109
:265
^:^delingen
'c'u
<ken
8
9
10,
'11r
12)
13)
14)
Voor het vastzetten van de komma op de
eerste
plaats
is
in
dit geval
het
indrukken van
de El
toets
reeds
voldoende. Het
is niet nodig
hierna
de
f]
toets in te drukken.
ft
:o::s
*
3-
=
ac';
a
-
112
=
415,26
ril
L-:J
?a
-
E J
E
Bijzonderheden:
Wanneer
vooraf niet bekend is hoeveel
deci-
malen achter de komma
berekend
zullen
moeten
worden, verdient het aanbeveling de
@
toets
nó
de eerste deling
in te drukken gevolgd door
de
§)
toets.
Zo nodig
eerst
doormiddel
van de
I
toets het aantal decimalen
verminderen.
Het
spreekt vanzelÍ,
dat voor het aÍtrekken van quo-
tiënten de rode
@
toets moet worden ingedrukt.
12
2
3