in het bijzonder aan de veiligheidsinstructies. Elk ander ge-
bruik van het apparaat geldt als afwijkend gebruik en kan tot
letsel of schade leiden.
• Gebruik dit apparaat niet in omgevingen waar gevaar voor
explosie bestaat. Hieronder wordt bv. verstaan: tankinstalla-
ties, brandstofopslag of omgevingen waarin oplosmiddelen
worden verwerkt. Dit apparaat mag ook niet worden gebruikt
in omgevingen waar de lucht belast is met fijne deeltjes (bv.
meel- of houtstof ).
• Stel het apparaat niet bloot aan extreme omstandigheden.
Vermijd het volgende:
− hoge luchtvochtigheid of vocht,
− extreem hoge of lage temperaturen,
− direct zonlicht,
− open vuur.
6
6