Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderhoud; Montagepunten; Reiniging; Controleer De Spanning En De Toestand Van De Aandrijfriem - Mastervolt Alpha 12/130 Gebruikers- En Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Alpha 12/130:
Inhoudsopgave

Advertenties

18
Mastervolt Dynamo – Gebruikers- en installatiehandleiding

8 ONDERHOUD

Het onderhoud van de dynamo kan worden gedaan tijdens het algemene onderhoud van de motor. Dynamo-onderdelen zijn
onderhevig aan slijtage. Voer de inspectie en het onderhoud op regelmatige tijdstippen uit om een betrouwbare werking te
garanderen. De lagers, borstels en riem(-spanning) moeten ten minste om de 500 bedrijfsuren worden gecontroleerd en indien
nodig worden vervangen door een bevoegde specialist. Houd de dynamo schoon voor een betere koeling.
8.1

Montagepunten

Controleer de montage van de dynamo na de eerste 50 bedrijfsuren. Daarna om de 150 bedrijfsuren of ten minste elk jaar, wat
het eerst komt. Zorg ervoor dat de dynamo stevig op de bijbehorende beugels is gemonteerd. De beugels moeten op hun
beurt stevig met bouten aan de motor worden bevestigd. Slechte of losse bevestigingen kunnen leiden tot schadelijke trillingen
en verminderde prestaties van de riemaandrijving.
8.2

Reiniging

LET OP!
Gebruik alleen niet-agressieve reinigingsmiddelen.
Het reinigingsinterval van de dynamo is sterk afhankelijk van de omgevingsvoorwaarden, maar mag maximaal zes maanden
bedragen. Voorkom ophoping van vuil, vet of stof. Als u een aanzienlijke ophoping van zwart stof opmerkt op uw dynamo en
rond de motor, controleer dan de riemspanning.
De luchtdoorgangen moeten ook vrij zijn, zodat de lucht gemakkelijk door de unit kan stromen. De lagers van de dynamo zijn
levenslang gesmeerd, deze kunnen niet opnieuw worden gesmeerd.
8.3

Controleer de spanning en de toestand van de aandrijfriem

Een te weinig gespannen riem zal slippen op de poelie waardoor de rotor van de dynamo niet draait. Als gevolg van de
wrijving zal de dynamo oververhit raken. Een te strak gespannen riem veroorzaakt een kortere levensduur van de riem. De
spanning van nieuwe riemen moet na de eerste 50 bedrijfsuren worden gecontroleerd, daarna om de 150 uur of minstens
eenmaal per jaar.
Controleer voor het afstellen van de riemspanning of de riem verglaasd, gescheurd of uitgedroogd is. Een versleten of
beschadigde riem moet worden vervangen, inclusief de spanner (indien van toepassing). Als de riem in goede staat verkeert,
controleer dan de riemspanning met een Krikit riemspanningsmeter. Raadpleeg de specificaties van de fabrikant voor de juiste
riemspanning.
Als u een versleten of beschadigde aandrijfriem vervangt, controleer dan ook of de nieuwe riem de juiste spanning heeft. Een
nieuwe riem verliest 60% van zijn spanning tijdens de eerste bedrijfsuren. Als er een nieuwe riem is geplaatst, laat de motor
dan met vollast aangesloten op de dynamo ongeveer 15 minuten draaien. Controleer vervolgens de riemspanning opnieuw en
stel deze indien nodig af.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave