Specificaties voor waarschuwingen
• Waarschuwingen met betrekking tot pH/ORP/temperatuur alleen indien ingeschakeld.
• De alarmrelais wordt niet gestuurd door waarschuwingsgebeurtenissen
• De zoemer wordt niet gestuurd door waarschuwingsgebeurtenissen
• De waarschuwing beïnvloedt de dosering niet.
• De waarschuwingen worden getoond door een "!" naast het pomppictogram.
• De hulpfunctie van het meetscherm zal de actieve waarschuwingen weergeven
Alarmen
Dit type gebeurtenis is gerelateerd aan het overschrijden van de boven- en ondergrens, gedefinieerd voor elke parameter:
pH, ORP en temperatuur. Voor elk alarm kan u de waarde instellen en in/uitschakelen via het parameteroptiemenu.
9.2. Alarmspecificaties
• Alarmen alleen indien ingeschakeld.
• Het alarm wordt onmiddellijk geactiveerd als "Timeout op 0 min" ingesteld is, of anders na de ingestelde tijd.
• Alarmcontrole gebeurt elke seconde na een nieuwe meetcyclus.
• Het alarm wordt geactiveerd, indien aanhoudend probleem (min. 5 opeenvolgende metingen).
• De alarmrelais is actief als "Menu\pH-opties\Alarm activeert relais " voor pH-alarmen "Menu\ORP-opties\Alarm
activeert relais " voor ORP-alarmen "Menu\Temperatuuropties\Alarm activeert relais " voor temperatuuralarmen
• Telkens het alarm geactiveerd wordt klinkt een biepgeluid, indien: "Menu\Algemeen\Alarm- en foutgeluiden "
• Alle alarmen worden geregistreerd en kunnen bekeken worden in de logs.
è De logperiode is langer dan de meetperiode. Alle alarmcondities worden opgeslagen tussen twee logperiodes, zelfs als de
alarmconditie bij de eerste logging niet meer geldig is na het alarm.
Elke alarmtoestand zal het doseren stoppen en de oorzaak wordt gesignaleerd door:
• een ikoon (hoog alarm) (laag alarm) dicht bij de waarde die oorzaak was
• de ALARM-led knippert rood
• de SERVICE-led knippert
• de status-led van de regulatorpomp is uit
• een alarmmelding wordt weergegeven dicht bij het pomppictogram
• een Help-scherm geeft de actieve alarmen weer
9.3. Procesfouten
Dit soort gebeurtenissen is gerelateerd aan mogelijke procesfouten die kunnen optreden en die invloed kunnen hebben op
de pH-, ORP-regeling of beide. De huidige procesfouten zijn:
• Geen elektrodeconn.: de elektrode is niet geconnecteerd.
• Hold-ingang actief (de recirculatiepomp werkt niet) wordt alleen geactiveerd als Hold-ingang is ingeschakeld.
• Remote Hold (deactiveren van de pompen) kan op afstand worden geactiveerd door de gebruiker door het vakje Remote
Hold aan te vinken op het tabblad Algemene instellingen. Nadat het is geactiveerd, verschijnt een bericht. Het kan
direct worden geannuleerd door
"Menu\Hanna Cloud-optie".
• pH over/onder bereik: enkel indien "Menu\pH-opties\Waarsch. en fouten "
• ORP over/onder bereik: enkel indien "Menu\ORP-opties\Waarsch. en fouten "
• Temp. over/onder bereik: enkel indien "Menu\Temperatuuropties\Waarsch. en fouten "
• Laag niveau zuurtank: indien "Menu\pH-opties\Instelling\Ingang zuurtank " en "Menu\pH-opties\Instelling\Waar-
sch. en fouten "
• Laag niveau Cl2-tank: indien "Menu\ORP-opties\Instelling\Ingang Cl2-tank " en "Menu\ORP-opties\Instelling\
Waarsch. en fouten "
• pH-timeout: enkel indien de zuurpomp continu doseert voor meer dan de opgegeven waarde in de instellingen "Menu\
pH-opties\Instelling\Timeout xxxmin" en "Menu\pH-opties\Instelling\Waarsch. en fouten "
JA
of
LATER
te beantwoorden door op de R-HOLD-knop te drukken die beschikbaar is in
35