10
INSTALLATEURSHANDLEIDING
8
Opslag en transport
Het toestel dient te allen tijde te worden opgesla-
gen in de originele verpakking van de fabrikant.
Alle op de buitenzijde van deze verpakking ge-
geven aanwijzingen moeten worden opgevolgd.
De opslagruimte moet droog en vorstvrij zijn en
zodanig zijn ingericht dat beschadiging aan de ver-
pakking wordt voorkomen. Tijdens het transport
moet de originele verpakking intact blijven om het
toestel te beschermen. Zet de doos zodanig in het
vervoermiddel, dat de doos niet kan verschuiven
of omvallen. Houd het toestel zo lang mogelijk in
de verpakking, totdat u de plaats van montage
heeft bereikt.
8.1
Inhoud van de verpakking
Het volgende treft u aan in de verpakking:
• AquaSafe boiler met ingebouwde inlaatcom-
binatie, thermostatisch mengventiel, door-
stroombegrenzer, flexibele aansluitslangen en
mengkraan
• Verstelbare kraanuitloop met perlator
• Muur ophangbeugel
• Handleiding
• Garantiebewijs
• Ophangmateriaal, bestaande uit: houtdraad-
bouten, sluitringen en pluggen
8.2
Benodigde materialen
• Verloop van koudwater leiding (muurplaat,
doorgaans 1⁄2" inwendig) naar de flexibele
leiding (met 3/8"aansluiting). De slangen heb-
ben een wartelmoer en een vlakke pakking
(meegeleverd).
• Verloop van 3/8" uitlaatslang naar douche-
leiding (doorgaans 12 mm koper);
8.3
Verpakking en het milieu
Om het milieu te sparen dient u:
• Het karton bij het oud karton en papier aan te
bieden ten behoeve van hergebruik.
• EPS en kunststof delen kunnen doorgaans ook
gescheiden worden aangeboden.
• Overige verpakkings resten bij het reguliere afval
te voegen.
AquaSafe
9
Technische specificaties
Voor technische specificaties van deze boiler
verwijzen wij u naar:
• de typeplaat (rechter zijkant van de boiler, figuur 1)
• het hydraulisch schema (figuur 2)
• de maatschets (figuur 6 en 7)
• het elektrisch schema (figuur 8)
10
Installatievoorbereiding
10.1 Plaatselijke installatievoorschriften
Bij het installeren van de boiler dient u de ter
plaatse geldende installatievoorschriften van
o.m. het elektriciteits- en waterleidingbedrijf in
acht te nemen.
10.2 Installatievoorwaarden
Bepaal de plaats waar de boiler gemonteerd gaat
worden. Voorwaarden hiervoor zijn:
• Boiler, water- en afvoerleidingen bevinden
zich in een vorstvrije ruimte;
• De muur is vlak en kan het gewicht van de
boiler met inhoud (ca.100kg) dragen.
• in de directe nabijheid bevindt zich een wand-
contactdoos met randaarde, het aansluiten
met een verlengsnoer is niet toegestaan.
• Zie voor inbouwmaten figuur 6 en 7.
10.3 Aansluitvoorwaarden
• Elektrische aansluiting is aanwezig of kan
worden aangelegd.
• Voor de voeding wordt gebruik gemaakt van een
wandcontactdoos met randaarde.
Maak geen gebruik van verlengsnoeren bij
het aansluiten van de boiler.
• Waterleidingen zijn aanwezig of kunnen
worden aangelegd.
• Tussen de inlaatcombinatie en de boiler
mag nooit een afsluiter worden geplaatst,
Ook niet als het kraanblok niet direct onder
de boiler wordt gemonteerd;
• Het expansiewater uit de ontlastklep van de
inlaatcombinatie wordt via de gootsteen
afgevoerd
• De geïntegreerde inlaatcombinatie heeft
een openingsdruk van 800 kPa (deze is
gelijk aan de werkdruk van de boiler);
• Het verdient aanbeveling om de boiler aan
te sluiten met de meegeleverde flexibele
leidingen.
10.4 Eventueel te gebruiken toebehoren
• Een reduceerventiel is nodig indien de wa-
terleidingdruk hoger is dan 700 kPa.
NEDERLANDS
12351 - rev 3
4