Hoe u valse alarmen voorkomt
Gelieve uw deel te doen om valse alarmen te voorkomen. Dit verzekert dat de
bevoegde personen uw noodmelding ernstig nemen.
Maak uzelf vertrouwd met de controle unit. Lees aandachtig de operator of
•
gebruikershandleiding. Als er iets is dat u niet verstaat, neem dan contact om met uw installateur
om dit te verklaren.
Ga alleen binnen en buiten via voorgedefinieerde ingangs/uitgangsroutes.
•
Schakel de beveiliging niet in met personen in de installatie, tenzij u DEELSTAND selecteert
•
naar omtrekbescherming alleen.
Controleer de beschermde zone om er zeker van te zijn dat alle deuren gesloten zijn, en
•
niemand binnen bleef voor de bescherming wordt ingeschakeld.
Houd steeds uw systeemnummer en wachtwoord gereed bij het bellen naar de meldkamer.
•
Houd uw systeemnummer en wachtwoord confidentieel.
•
Waarschuw de meldkamer als u de bescherming niet heeft uitgeschakeld voor de aftelling
•
"ingangstijd" vervalt.
Waarschuw de meldkamer onmiddellijk als iemand toevallig een paniekknop of noodtoets
•
activeert.
Waarschuw de meldkamer onmiddellijk als u toevallig een vals alarm activeert.
•
Waarschuw de meldkamer voor u een live test uitvoert. Bijv. Indrukken van noodtoetsen of
•
detectieapparaten veroorzaken alarm met beveiliging ingeschakeld.
Verzoek om service van uw installateur in geval van een onverklaarbaar alarm of een
•
systeemprobleem.
Verklaar de operatie van het systeem in detail aan iedere nieuwe gebruiker.
•
Laat geen huisdieren in beveiligde installaties als de bescherming volledig AAN is geschakeld,
•
tenzij het systeem daarvoor is gepland.
Herstel snel iedere beschadigde deur of venster die teveel speling hebben of niet vergrendelen.
•
Plaats geen verwarmers, bewegende objecten of laat geen vensters open in het bereik van
•
bewegingsdetectoren als de bescherming is ingeschakeld.
21-3600D rev1.2
Welkom
Alarm
Status
Admin
Referentie
43