Storing
Condenswater in het
condenswaterreser-
voir, hoewel de water-
afvoerslang is aange-
sloten.
Programma start niet.
De programmaduur
wijzigt tijdens het dro-
gen.
Pompgeluid.
Zoemend geluid.
Droogtijd is te lang.
Oorzaak en probleemoplossing
Het apparaat gebruikt condenswater voor de automa-
tische zelfreiniging.
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
▶
Waterafvoerslang is niet correct aangesloten.
Zorg ervoor dat de waterafvoerslang correct is aan-
▶
gesloten.
→ "Waterafvoerslang aansluiten", Pagina 14
Kinderbeveiliging is geactiveerd.
→ "Kinderslot deactiveren", Pagina 33
▶
Start Pauze werd niet ingedrukt.
Druk op Start Pauze.
▶
Geen programma ingesteld.
→ "Programma instellen", Pagina 27.
1.
→ "Starten van het programma", Pagina 28.
2.
Het programmaverloop wordt elektronisch geoptimali-
seerd. Dat kan leiden tot wijzigingen in de program-
maduur.
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
▶
Condenswaterpomp actief.
Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
▶
Compressorontluchting actief.
Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
▶
Het filter in de bodemeenheid is verontreinigd.
→ "Filtersysteem van de bodemeenheid reinigen",
▶
Pagina 31
Pluizenfilter is verontreinigd.
→ "Pluizenfilter reinigen", Pagina 29
▶
Omgevingstemperatuur is hoger dan 30°C.
Zorg ervoor dat de omgevingstemperatuur onder
▶
de 30°C ligt.
Omgevingstemperatuur is lager dan 15°C.
Zorg ervoor dat de omgevingstemperatuur boven
▶
de 15°C ligt.
Onvoldoende luchtcirculatie op de opstelplaats van
het apparaat.
Ventileer de opstelplaats van het apparaat.
▶
Ventilatieopening van het apparaat is geblokkeerd.
Zorg ervoor dat de luchtinlaat van het apparaat
▶
wordt vrijgehouden.
Storingen verhelpen nl
41