16
Het gedrag van het bediendeel hangt af van de geselecteerde werkingsmode.
5.1 Blok bediendeel met proximity kaartlezer (INT-SCR)
LED indicaties
LED
Kleur
rood
groen
geel
Informatie over de ingeschakelde status kan worden gedoofd na een ingestelde
tijdsperiode, bepaald door de installateur.
Het knipperen van de LED's van links naar rechts duidt op geen communicatie met het
alarmsysteem.
Geluid signalering
Geluiden bij bediening van het bediendeel
De installateur kan de geluiden uitschakelen of deze vervangen door het laten
knipperen
configureren").
1 korte toon – een numerieke toets is ingedrukt of een code / kaart is gebruikt.
2 korte tonen – acceptatie van de eerste code / kaart tijdens de procedure voor het
in/uitschakelen met twee codes.
3 korte tonen– bevestiging van:
– het starten van de inschakel procedure (met of zonder uitgangsvertraging),
– het uitschakelen van het alarmsysteem en/of herstellen van een alarm.
4 korte en 1 lange toon – de functie is uitgevoerd.
3 x 2 korte tonen – de gebruiker dient zijn/haar code te wijzigen.
1 x lang toon – inschakelen mislukt (er zijn zones in het blok geactiveerd of er is een storing
in het systeem).
2 lange tonen – onbekende code / kaart.
3 lange tonen – de functie is niet beschikbaar.
Geluidssignalen bij een gebeurtenis
De installateur bepaalt of gebeurtenissen met geluiden gesignaleerd worden (zie "Het
bediendeel configureren").
5 korte tonen – zone activering (Bel).
1 lange toon elke 3 seconden, gevolgd door een serie van korte tonen voor 10
seconden en 1 lange toon – aftellen van de uitgangsvertraging (als de tijd korter is dan
10 seconden, dan zal alleen de laatste serie van korte tonen worden gegenereerd).
AAN of knippert – alarm of alarm in het geheugen
AAN – het blok is ingeschakeld
knippert – de uitgangsvertraging in het blok is geactiveerd
knippert – storing of storing in geheugen (de LED gaat uit als
het blok ingeschakeld is)
van
de
toetsenbord
INT-SCR
Beschrijving
achtergrondverlichting
SATEL
(zie
"Het
bediendeel