Toets
ON
OFF
ON+OFF
Functiebeschrijving
6
Bij het bedienen van de zender deze verticaal naar boven houden en de boven-
zijde niet bedekken (zie afbeelding).
Als aan de hand van het uitblijven van de terugmelding wordt vastgesteld dat
het bediensignaal het voertuig niet heeft bereikt, dan leidt het veranderen van
het standpunt met enkele meters vaak tot succes. Op sterk bebouwd terrein
wordt de ontvangst overeenkomstig beperkt.
AANWIJZING
Bij latere inbouw van af fabriek gemonteerde verwarmingsapparaten
kunnen beperkingen van de ter beschikking staande functies optreden.
Laat u zich hierover nader informeren door uw montagepartner.
Voertuigverwarming instellen
7
AANWIJZING
Afhankelijk van het type voertuig kan de automatische airco deze in-
stellingen automatisch resp. gedeeltelijk zelf aanbrengen. Laat u zich
informeren door uw dealer over de optimale instellingen.
Voor het inschakelen van het verwarmingsapparaat (bij ingeschakeld con-
1.
tact) de voertuigverwarming op "warm" zetten.
De voertuigventilator op de laagste stand (lager stroomverbruik) instellen.
2.
Besturing
Verwarmingsapparaat of ventilatie inschakelen
Verwarmingsapparaat of ventilatie uitschakelen
Inschakeltijd wijzigen, zie "Verwarmingsapparaat inschakelen
op pagina 6"
Bedrijfsmodus wisselen, zie "Bedrijfsmodus Verwarmen of
Ventileren wisselen op pagina 7"
Batterij controleren, zie "Batterij op pagina 9"
Een optimale signaaloverdracht wordt in het open
veld of vanaf verhoogde locaties bereikt. Hierdoor
kan de standverwarming worden bediend op een
afstand van ongeveer 1000 m van het voertuig.
4