Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Luchtaansluitingen; Wateraansluitingen - CIAT COMFORT LINE Instructiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor COMFORT LINE:
Inhoudsopgave

Advertenties

• Als er een regeling is met een kamerthermostaat, mag deze niet worden
geplaatst in de zon, noch achter een deur, noch boven een apparaat dat
warmte afgeeft. Plaats de thermostaat bij voorkeur tegen een binnenmuur
op 1.50 m boven de vloer.

4.2 Luchtaansluitingen

- Luchtkwaliteit
Ventilatorconvectoren zijn niet bestemd om de vochtigheid van de buitenlucht te
behandelen. De behandeling van de verse moet gebeuren door een apart systeem
(zie het assortiment van luchtbehandelingskasten van CIAT).
LET OP: Alle ventilatorhuizen van de modellen moeten beslist aangesloten
worden, er mag geen enkel ventilatorhuis afgesloten zijn, noch bij de uitblazing
noch bij de luchtretour.
- Vooruitsnijding verse lucht
Als de verse lucht rechtstreeks van buiten wordt aangezogen, mag het kanaal niet
langer dan 5 meter zijn. De verseluchttemperatuur mag niet lager zijn dan -10°C.
Zorg tevens voor een regenrooster en een filter (uitvoering door de installateur) om
te voorkomen dat er water of externe elementen in de koker terechtkomen. Als een
hulpventilator wordt gebruikt (door de installateur te leveren) mag, om problemen
met geluid of bevriezing van de batterij of van de bypass via de luchtfilter te
voorkomen, de hoeveelheid verse lucht niet meer dan 10% van het nominale debiet
van de unit zijn.
- Verselucht ventilatorhuizen afstellen (fig. 4):
Verwijder eventueel het aantal benodigde vulstukken om het gewenste debiet te
verkrijgen. Het bereik van de debieten staat op de sticker op het ventilatorhuis. 2
vulstukken komen overeen met een minimaal debiet, 1 vulstuk met een gemiddeld
debiet en geen enkel vulstuk met het maximum debiet.
Om het gewenste debiet te verkrijgen, moet het drukdifferentieel liggen tussen 50 & 100 Pa.
Let op dat de stand BAS (= ONDER) van de regelaar aangehouden wordt.
- Het retourrooster installeren en afstellen voor de inbouw van LI/LY (fig.5).
Het retourrooster wordt met 11 schroeven bevestigd (merkteken a).
Om de hoogte van het rooster af te stellen, verwijdert men de 4 plaatschroeven
(merkteken B) en stelt men de gewenste hoogte in (maximale afstand van 40 mm).
Vervolgens worden de 4 schroeven (merkteken

4.3 Wateraansluitingen

In alle gevallen circuleert het water in elke batterij van de ingang aan de onderkant
naar de uitgang aan de bovenkant. Voor batterijen met 4 buizen zorgt u dat u de
informatie volgt die wordt vermeld op de etiketten die op de batterij zijn geplakt.
De leidingen moeten worden aangelegd volgens fig. 6.
De batterijen (fig. 7) hebben aansluitwartels met draaibare moeren met plat
draagvlak en "vrouwelijke" schroefdraad met diameter G ½ ˝ of G ¾˝ afhankelijk van
de afmetingen van het apparaat en een afdichtring (door CIAT geleverd).
De verdeler is voorzien van een ontluchter (Fig.7, punt a), op het hoogste punt
en een aftapkraantje op het laagste punt (fig. 7, b), die te bedienen zijn met een
inbussleutel van 7 mm of een platte schroevendraaier.
) weer bevestigd.
b
NL-23
COMFORT LINE™

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave