Montage en opstelling
TRYON 3 MD...
10
® ®
Fig. 15
Fig. 16
Sluit de verdeelbuis (22) met pakking (25) aan op de re-
tourverbinding (fig. 15). Plaats de geflensde buisflenzen
(21) en hun pakkingen (25) op de vertrek- en de retour-
verbinding. Schroef de moeren met rondel op het 35
mm -draadeind van de M10x145 -tapeinden (14).
Schroef en borg de tapeinden in de hoekposities van het
achterste ketelelement.
NOOT : Wanneer u de verdeelbuis in de retourverbin-
ding plaatst, zorg er dan voor dat de witte pijl op de flens
van de buis naar boven wijst (de as van de buis moet
zich onder de as van de vierkante flens bevinden).
Een verkeerde plaatsing van de verdeelbuis veroor-
zaakt niet-homogene warmteoverdracht en dus meer
condensatie in de ketel.
FRONTDEUR :
Ga na of de frontdeur (37) goed is uitgelijnd. Vergewis u
ervan dat de deur correct aansluit op het voorste ele-
ment van de ketel ; de deur sluit zo goed als vanzelf tot
ongeveer 10 mm van de volledig gesloten positie. Corri-
geer indien nodig de uitlijning als volgt :
De deur wordt geplaatst op scharnieren (46, 47) met
M16 -moeren en –rondellen (48,49). Door het regelen
van de M16 -binnenmoeren kan de deur dichter bij of
verder weg van het voorste ketelelement worden afge-
steld, waardoor ook de mate wordt bepaald waarin de
deur drukt op het gevlochten touw van 9 mm diam. (6)
van het voorste ketelelement. De andere M16 -moeren
zetten de deur vast op haar scharnieren.
De frontdeur wordt links gescharnierd in de fabriek. De
bovenscharnier links verschilt van de drie andere schar-
nieren om de openingshoek van de deur te beperken.
Indien de frontdeur rechts moet scharnieren, dan moet
deze bovenscharnier door een andere worden vervan-
gen (fig.16).