5. Ingebruikname en gebruik
Volg de volgende stappen wanneer u het apparaat voor de eerste keer in gebruik
neemt:
− Sluit de bodemplaat aan op een geaard veiligheidsstopcontact met
220 - 240 V ~ 50 - 60 Hz.
− Om eventuele productieresten te verwijderen, vult u het apparaat vóór het
eerste gebruik eenmaal tot aan de maximale vulhoogte met water, brengt u
het water aan de kook en gooit u het vervolgens weg.
5.1. De waterkoker bedienen
Als u water wilt koken, gaat u als volgt te werk:
Klap de deksel omhoog door de knop in de richting van de pijl te drukken.
Vul het reservoir met de gewenste hoeveelheid water. Vul het reservoir minimaal
tot aan de markering "MIN". Overschrijd niet de markering "MAX".
Plaats het reservoir zo op de bodemplaat dat het inklikt en stevig staat.
Klap de deksel weer dicht.
Sluit de bodemplaat aan op een geaard veiligheidsstopcontact met
220 - 240 V ~ 50 - 60 Hz.
Schakel de waterkoker in door de aan/uit schakelaar in de stand 1 te zetten.
Wacht totdat het water kookt. De waterkoker wordt na het bereiken van het
kookpunt automatisch uitgeschakeld. U kunt de waterkoker echter ook al eerder
uitschakelen door de aan/uit schakelaar op 0 te zetten.
OPMERKING!
Het lampjessymbool op de behuizing licht op wanneer de waterkoker in
gebruik is.
WAARSCHUWING!
Er bestaat gevaar voor brandwonden. Open de deksel van
het apparaat niet terwijl het water kookt.
Trek na gebruik de stekker uit het stopcontact.
14 van 18